De geschiedenis van Duurswold
Gepost door:Harm Hillinga | Datum: 15 maart 2023.



Stijger over het Dannemeer in Duurswold. Foto: ©Jur Kuipers, 31 augustus 2020.
Klik op de foto voor een schermgrote vergroting. Deze wordt in een nieuw venster/tabblad geopend. Klik op het kruisje rechts in het tabblad om te sluiten.

 


Het mannetje van NDV.Duurswold
Duurswold of 'De Woldstreek', vroeger ook 'Zevenwolden' en 'De Wolden' genoemd, is een voormalig veengebied ten oosten van de stad Groningen, dat aansluit bij de Oude Veenkoloniën. Het bestaat uit een krans van zeven oude randveenontginningsdorpen rond een laag gelegen ontginningsvlakte. Het is grotendeels een akkerbouwgebied; in het westen komt meer melkveehouderij voor.

Duurswold komt pas in 1406 voor als Duirtswold, daarna in 1428 als 'Diurdiswolde', 1435 als 'Dyurdtswolt', 1457 als 'Dyverdtswolt', 1486 als 'Duyrdeswolde' en 1506 als 'Duyrswolde'. De verklaring is onzeker. Taalkundige Wobbe de Vries veronderstelt een wortel met het Oudfriese diar, wat 'dier' betekent.' Dit verwijst naar de wilde dieren in het ontginningsgebied. Anderen denken aan de persoonsnaam 'Diurt' en de familienaam 'Diurdisma' (1326). Mogelijk is de naam ontleend aan de ontginningsnederzetting 'Diurardasrip', die omstreeks het jaar 1000 wordt vermeld. De naam Woldjers onderscheidt de bewoners van de 'Kleikers' uit de wierdedorpen in het noorden. Ook de naam van het Friese dorp Duurswoude (Fries: Duerswâld) wordt tot in de negentiende eeuw geregeld gespeld als Duurswold.


Kaart van de provincie Groningen (Stad en Lande) in het jaar 1789 met aangegeven Duurswold, alsook de kerspelgrenzen, waterlopen en vestingsteden.Duurswold valt grotendeels samen met de gemeente Midden-Groningen. Het gemeentehuis staat in Hoogezand. Aan de zuidwestkant grenst het aan de stad Groningen. De noordwest- en noordkant bestaat uit lage overgangsgronden die aansluiten bij de Centrale Woldstreek en het wierdenlandschap van Noord-Groningen.
Ontgonnen hoogveengebieden vormen de grens met het Oldambt en de Oude Veenkoloniën.

Kaart links: Kaart van de provincie Groningen (Stad en Lande) in het jaar 1789 met aangegeven Duurswold, alsook de kerspelgrenzen, waterlopen en vestingsteden. Gemaakt door N.L. Berendsen in 2022. Auteur: Berendsen, 16 februari 2022. Licentie: Creative Commons Attribution-Share Alike 4.0 International licentie.

Duurswold is een veenontginningsgebied, dat grotendeels bestaat uit ontgonnen veen- en dekzandvlakten, die naar het noorden toe onder een kleidek verdwijnen. Het voormalige stroomgebied van Scharmer Ae, Slochter Ae en Kleisloot, zijstromen van de Five, wordt omringd door een boog van zeven oude streek- of wegdorpen, die meest op lage keileem- en dekzandruggen liggen. Het contrast tussen de beslotenheid van de groene dorplinten en de openheid van het buitengebied is opvallend.

De zuidwesthoek kenmerkt zich door uitgestrekte complexen van aangemaakte petgaten; dat zijn vergraven veengronden, grotendeels omgezet in natuurgebied en akkerland. Het oorspronkelijke veenweidelandschap met bedijkte veenbeken en veenderijen is door ontwatering en landinrichtingsmaatregelen vrijwel verdwenen.

Aan de achterzijde worden de streekdorpen begrensd door recente hoogveenontginningen met schaarse bebouwing.

De noordrand van Duurswold bestaat uit een klei-op-veen-ontginningslandschap: een getij-afzettingsvlakte met verspreide bebouwing op voormalige kreekruggen en met recente wegdorpen uit de negentiende eeuw. De noordoosthoek wordt gedomineerd door het Schildmeer en de stedelijke bebouwing van Appingedam. Duurswold is het laagste gedeelte van de provincie Groningen; grote stukken van het gebied liggen anderhalf tot twee meter onder de zeespiegel [1]. In dit gebied ligt ook  het dorpje Lageland (Leegelaand), grotendeels bestaand uit de Hamweg.


Brandganzen boven het Dannemeer. Foto: ©Jur Kuipers, 2022.
Klik op de foto voor een schermgrote vergroting. Deze wordt in een nieuw venster/tabblad geopend. Klik op het kruisje rechts in het tabbladom te sluiten.

 

Het landschap
Het landschap wordt gevormd door een boogvormige rug van keileem en dekzand, waarop acht lintdorpen zijn gelegen: Harkstede, Scharmer, Kolham, Froombosch, Slochteren, Schildwolde, Hellum en Siddeburen. Zeven daarvan waren zelfstandige kerspelen, de achtste (Froombosch) niet. Duurswold werd daarom in de 19e eeuw soms Zevenwolden genoemd.

Woudbloem Slochter Ae.
Zonsopgang gezien vanaf de vogeltoren bj het Dannemeer in Duurswold op 16 december 2020. Foto: Jur Kuipers.
Klik op de foto voor een schermgrote vergroting. Deze wordt in een nieuw venster/tabblad geopend. Klik op het kruisje rechts in het tabbladom te sluiten.

Middeleeuwen
De naam Duurswold doet denken aan een bosrijke omgeving, maar in werkelijkheid kenmerkt het landschap zich in de Middeleeuwen door uitgestrekte veengebieden met moerasbos (wold), die vanaf de tiende eeuw zijn ontgonnen. De meeste bewoners vestigen zich uiteindelijk op de dekzandrug, die zich door akkerpercelen met houtwallen en eikenhakhout kenmerkt. Het centrale deel van Duurswold heeft daarentegen eeuwenlang bestaan uit moerassig hooiland. In het achterland hebben zich intacte hoogveenpaketten bevonden die pas vanaf de zestiende eeuw zijn ontgonnen. Het gebied ten zuiden van Siddeburen dat nu ruim een meter beneden de zeespiegel ligt, is om die reden niet overstroomd door de Dollard. Nog bij de Allerheiligenvloed van 1570 raakt hier een hoogveenbank met een huis op drift.

De eerste bewoners komen van verschillende kanten. De oudste nederzettingen zijn waarschijnlijk randveenontginningen bij Bouwerschap (Ten Boer), De Paauwen, Tjuchem en Meedhuizen. Grootschalige ontginning heeft plaats gehad vanaf de oevers van de Slochter Ae en de Kleisloot, waarna de kolonisten langs het Schildmaar dieper landinwaarts zijn getrokken. De nederzettingen vormen uiteindelijk twee halve cirkels rond deze riviertjes, gescheiden door de Benningsloot, die de westgrens van de ontginningen rond Slochteren markeert. De ontginners van Schildwolde, Slochteren, Kolham en Scharmer zijn kennelijk uit de omgeving van Wittewierum en Ten Post gekomen, die van Harkstede uit de omgeving van Woltersum.

Scharmer: voormalig fabriekscomplex en later watersportcentrum De Woudbloem.
Foto boven: Scharmer: voormalig fabriekscomplex en later watersportcentrum De Woudbloem. Foto: jaren 1960. Foto: Kammegeres, 23 april 2021. Licentie: Creative Commons Attribution-Share Alike 4.0 International licentie.

Rond Siddeburen komen de kolonisten uit het noorden, terwijl ze in Oostwold misschien vanaf de oevers van de Sijpe hun werk zijn begonnen. Hellum komt kennelijk als laatste aan bod. Dit dorp wordt vanuit de omgeving van Garrelsweer ontgonnen, maar later bij het decanaat Farmsum gevoegd. De grens tussen de decanaten Loppersum en Farmsum valt later samen met de grens tussen Schildwolde en Hellum. Door het aftappen van het Schildmeer via het Garreweerstermaar en later De Groeve is de waterstand in dit gebied drastisch verlaagd.

Hoewel de hoofdlijnen van de ontginning zich op oriëntatiepunten als de kerken van Loppersum en Thesinge en de wierde van Marsum oriënteren, lijkt men de verdeling van het nieuwe land hier toch vooral vanaf de oevers van het Schild te hebben aangevat. De kolonisten vestigen zich vrij snel op de waterscheiding die de onderliggende dekzandruggen markeert. Het hele gebied is met een metersdik veenpakket bedekt, dat echter geleidelijk is verteerd. Vanaf de dertiende eeuw heeft men te kampen met toenemende wateroverlast. Om dit te beteugelen ziin de Graauwedijk en de Borg (langs de Borgwatering en de Borgsloot bij Tjuchem) aangelegd. Uiteindelijk wordt het gebied ten noorden van het Schildmeer en rond Tjuchem grotendeels verlaten; het heeft vooral gediend als hooiland voor de wierdendorpen in het noorden.

Fietsbrug over de Grote wijk bij de Scharmer Ae.
Foto boven: Fietsbrug over de Grote wijk bij de Scharmer Ae. Foto: Marco Roepers, 14 augustus 2011. Licentie: Creative Commons Attribution-Share Alike 3.0 Unported licentie.

De kerk van Slochteren fungeert in die tijd als de hoofdplaats van zuidelijk Duurswold; hier wordt de 'seend' gehouden. Kolham is een dochternederzetting van Slochteren, terwijl Scharmer zich weer van Kolham lijkt te hebben afgesplitst. Het gebied van Harkstede, Klein-Harkstede, Heidenschap en Lageland heeft een afzonderlijk ontginningsblok gevormd, ingeklemd tussen de oudere ontginningen van Garmerwolde en Slochteren. Het water uit dit gebied heeft via de Kleisloot naar de Fivel gestroomd bij Woltersum. Later is dit water - samen de afwatering van de Scharmer Ae - via het Lustigemaar via het Westerwijtwerdermaar gelopen en een tijdlang naar het westen afgeleid, totdat het Scharmerzijlvest rond 1300 aansluiting vindt bij het Generale Zijlvest der Drie Delfzijlen.

Adellijke families
De ontginningsactiviteiten zijn vermoedelijk geleid door adellijke families met een omvangrijk grootgrondbezit en goede relaties met hogere wereldlijke en kerkelijke instanties. Ieder dorp heeft vanaf de dertiende eeuw een of meer steenhuizen met een dubbele heerd, waar de hoofdelingenfamilies resideren, die op een of andere manier van deze ontginners afstamt. De omgeving van Siddeburen heeft nauwe banden met de heren van Farmsum en oorspronkelijk ook met de abdij van Werden, die hier omvangrijk grootgrondbezit hebben gehad. In Slochteren resideren de families Hagginga en later Fraeylema, in Hellum de Menalda's. De ontginning van zuidelijk Duurswold heeft mogelijk onder leiding gestaan van de voorouders van de Snelgera's van Scharmer, die (delen van) van de dorpen Scharmer, Kolham, Slochteren, Wittewierum en Woltersum in 1266 en 1323 in leen hebben van de graven van Bentheim. Op hun beurt zijn dit verre afstammelingen van de graven van Midden-Friesland die hier in de elfde eeuw macht uitoefenen [2]. In 1392 draagt de graaf van Bentheim de rechtspraak in deze dorpen op aan Clawes Schulte, een burger van Groningen die tevens hoofdeling te Scharmer en Woltersum is geweest. Later vererven deze machtsposities op de familie Rengers te Scharmer en Ten Post.

De omgeving van Harkstede is eerder georiënteerd op de omgeving van Woltersum en Bouwerschap. De familie Rengers bezit later een of twee steenhuizen en omvangrijke landerijen rond Blokum en Roeksweer, van waaruit ooit de ontsluiting van dit gebied is begonnen. Ook de gronden tussen de Scharmer Ae en de Slochter Ae zijn dan in hun bezit.

Pas in 1435 treedt Duurswold voor het eerst als een zelfstandig district op; een document van 1437 vermeldt de hoofdelingen, rechters en 'meene meente' [3].

De voormalige openbare lagere school van Woudbloem.
Foto boven: De voormalige openbare lagere school van Woudbloem. Foto: Hardscarf, november 2012, Licentie: Creative Commons Attribution-Share Alike 3.0 Unported licentie.

In de nieuwe tijd
In de zeventiende en achttiende eeuw blijft Duurswold een geïsoleerd en waterrijk gebied van (meest) eenvoudige boeren, die voor het verkeer met Appingedam en Groningen vooral van de scheepvaart afhankelijk zijn geweest. Er wonen echter ook enkele rijkere boerengeslachten. In de meeste dorpen hebben een of meer buitenplaatsen gestaan. Invloedrijk is vooral de familie Rengers, die onder andere op de Fraeylemaborg resideert. Hun bezittingen vererven grotendeels op Henric Piccardt, die rond 1700 heer van Slochteren, Kolham en Harkstede wordt. De borg komt vervolgens in 1867 in handen van de orthodox-hervormde familie 'Thomassen à Thuessink van der Hoop van Slochteren', die ruim een eeuw lang zijn stempel op het politieke en sociale leven van de gemeente Slochteren drukt.

In Schildwolde is eerder de familie Wijchel actief; in Harkstede resideert sinds 1818 jonker Johan Hora Siccama op Klein Martijn. Verder staan er nog enkele buitenplaatsen langs het Winschoterdiep.

In 1659 wordt het Slochterdiep aangelegd, waardoor de verbinding naar Groningen beter wordt. Bij de Kerstvloed van 1717 sterven hier weliswaar slechts enkele mensen, maar wel worden er 145 huizen vernield; er verdrinken ruim 1100 runderen, meer dan een kwart van het provinciale totaal, en ruim 400 paarden (38%). Dit gebeurt vooral in het laagland rond het Schildmeer en in Scharmer en Harkstede. Pas door de bouw van poldermolens rond 1800 komt het gebied geleidelijk tot bloei. Mede dankzij bemesting met wierdegrond worden de waterrijke hooilanden na 1870 herschapen in vruchtbaar akkerland. De oprichting van aardappelmeel- en strokartonfabrieken geven de landbouw een nieuwe wending. Duurswold maakt vanaf het einde van de 19e eeuw een soort inhaalslag door, waarbij de boerenstand zich door het voorbeeld van de herenboeren op de klei liet inspireren. Uit deze periode dateren veel monumentale boerderijen en rentenierswoningen. In de noordelijke dorpen oriënteert men zich vooral op het Oldambt, in de zuidelijke dorpen eerder op de Veenkoloniën.

Bij Scharmer, Harkstede en Siddeburen worden vanaf het midden van de achttiende eeuw ook veenderijen aangelegd, waar turf wordt gebaggerd. De meeste houtwallen en bospercelen worden in de 19e eeuw gerooid.

Tegenwoordig
Door verschillende ruilverkavelingen is de laatste decennia een open landschap ontstaan dat geschikt is voor grootschalige landbouw. Ten noorden van de zandrug ligt een klei- op veengebied dat ook tot Duurswold gerekend wordt. Dit lage kleigebied strekt zich uit van de Wolddijk bij Bedum tot aan Meedhuizen in de gemeente Eemsdelta. In het oostelijk gedeelte van Duurswold ligt een uitgestrekt meer: het Schildmeer. Lange tijd is dit een kruispunt van schepen die klei en afgegraven wierdegrond van de kleigebieden naar de armere zand- en veengronden brengen ten zuiden en oosten van de provincie. Deze humusgrond wordt gebruikt om de armere zandgronden te verrijken.

De Tienborg met op de achtergrond de klapbrug over de Scharmer Ae. De witte huisjes in Woudbloem zijn een beschermd dorpsgezicht van de gemeente Slochteren. De huisjes worden aardbevingsbestendig gemaakt.
Foto boven: De Tienborg met op de achtergrond de klapbrug over de Scharmer Ae. De witte huisjes in Woudbloem zijn een beschermd dorpsgezicht van de gemeente Slochteren. De huisjes worden aardbevingsbestendig gemaakt. Foto: Hardscarf, november 2012. Licentie: Creative Commons Attribution-Share Alike 3.0 Unported licentie.

Water
De waterstaatkundige geschiedenis van Duurswold valt grotendeels samen met de geschiedenis van vier zijlvesten: het Woldzijlvest, het Slochterzijlvest, het Scharmerzijlvest en het Oostwolderzijlvest. Daarvan is het Woldzijlvest, dat de Graauwedijk en het waterpeil van het Schildmeer controleert, het belangrijkste. Het Slochter- en Scharmerzijlvest beheren vooral de langerijen ten noorden van de Graauwedijk en ten zijden van de Ritzerdijk, langs het Slochterdiep.

De aanleg van het Eemskanaal (1866-1876) brengt de afstroom naar het noorden in het ongerede. In 1871 komt het Afwateringskanaal van Duurswold gereed en breekt een nieuwe periode aan. Van 1871 tot 1986 heeft Duurswold ook een eigen waterschap Duurswold, dat met name in 1970 in omvang groeit bij de grote waterschapshervorming van dat jaar. In 1987 gaat het op in het waterschap Eemszijlvest, dat in 2000 langs het Eemskanaal wordt opgesplitst tussen de waterschappen Noorderzijlvest en Hunze en Aa's.

De namen van de buurtschappen Akkereinden, Bovenhuizen, Buitenhuizen, Gaarveen, Hamweg, De Hole, Huisweren, Oosterweren, Oostwold, Schildhuizen, Uiterburen, Uitham (Den Ham), 't Veen en De Zanden zijn in onbruik geraakt.


De natuur in Duurswolde is prachtig, vooral daar waar het land terug is gegeven aan de natuur. Foto boven: De Grote Sabelsprinkhaan, gefotografeerd op 13 juli 2022 met de Canon EOS 800 D met 90mm TS objectief en 12 mm tussenring. Foto: ©Jur Kuipers.
Klik op de foto voor een schermgrote vergroting. Deze wordt in een nieuw venster/tabblad geopend. Klik op het kruisje rechts in het tabbladom te sluiten.

 

 

Het wapen van Duurswold
Het wapen van Duurswold (afb. links) is op 13 juli 1959 bij koninklijk besluit aan het waterschap Duurswold verleend. In 1986 gaat het waterschap met de andere waterschappen Fivelingo en Oldambt op in het waterschap Eemszijlvest. Hiermee vervalt het wapen[4].

De blazoenering luidt als volgt:
Gedeeld ; I doorsneden; het bovenste van azuur, het onderste van zilver, met een schildvoet van sabel, waaruit oprijst een korenplant, van sinopel in het onderste, van goud in het bovenste; II in goud een ring van azuur, vergezeld van drie leliën van hetzelfde, geplaatst 2 en 1. Het schild gedekt met een gouden kroon van drie bladeren en twee paarlen [5].

De heraldische kleuren zijn: azuur (blauw), goud (geel), sabel (zwart), sinopel (groen) en zilver. Het schild is gedekt met een gravenkroon.

Het linkerdeel toont het wapen van de hoofdelingenfamilie Fraeylema, als verwijzing naar de heren van Slochteren die op de Fraeylemaborg hebben gewoond. De heer is hoofd van enige schepperijen geweest, waaronder het grondgebied van het waterschap Duurswold heeft toebehoord. Oorspronkelijk zijn de ring en de lelies in rood aangevraagd, maar deze zijn na enige correspondentie gewijzigd in blauw.
Het rechterdeel symboliseert de diepte van de bodem waarin het waterschap heeft gelegen. Het laagste punt is zo'n −1,28 meter diep geweest. Dat is het diepste punt in de provincie Groningen [6].

 

 


Panoramafoto met rechts de vogeltoren in Duurswold bij het Pannemeer. Foto: ©Jur Kuipers, 23 januari 2022.
Klik op de foto voor een schermgrote vergroting. Deze wordt in een nieuw venster/tabblad geopend. Klik op het kruisje rechts in het tabbladom te sluiten.

 

Met dank voor de foto's gemaakt door Jur Kuipers.

 

Noten, bronnen en referenties:

1 Doopboek Woltersum.
2 De taalkundige Jan Naarding veronderstelde dat de Fraeylema's afstamden van de grafelijke vertegenwoordiger of frana; andere onderzoekers hebben daarover hun twijfel uitgesproken.
3 Meene meente - of Gemeene meente of Gezworen meente, het gehele volk van een streek, stad of dorp. In Friesland, Groningen en Overijsel zijn onder deze naam in de steden kiescolleges, tevens vroedschapcolleges.
4 Wapen Duurswold: Nederlandse gemeentewapens.
5 Wapen Duurswold: Hoge Raad van Adel.
6 G.A Bontekoe, "Het wapen van het waterschap Duurswold", Groningsche Volksalmanak, 1960, blz 35 – 38.



 
Deze pagina maakt deel uit van www.nazatendevries.nl. Aan bovenstaande tekst is de uiterste zorg-vuldigheid besteed. Desondanks kunnen er best fouten voorkomen. Constateer je fouten en/of heb je vragen, correcties, aanvullingen......... geef die dan even aan mij door via mijn E-mail adres. Wij hebben ons uiterste best gedaan om de auteurs van teksten/citaten en copyrightbepalingen van afbeeldingen te achterhalen. Mocht je rechthebbende zijn en hierover vragen of opmerkingen hebben, neem dan contact op via e-mail. Lees ook de 'Disclaimer' en 'Privacy' voor méér informatie en laat ook eens een bericht achter in het Gastenboek, dan weet ik waarvoor ik het doe.

Hoogeveen, 15 maart 2023.

Update: 17 maart 2023.
Update: 3 april 2023.
Update: 16 april 2023.
Samenstelling: © Harm Hillinga.