Genealogie van NazatenDeVries en anderen
Eggerik Ripperda
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Eggerik Ripperda.


Adriaan Ripperda
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Adriaan Ripperda.


Anna Helena Ripperda
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna Helena (Hilaria) Ripperda.

tr.
met

Ludolph Coert van Keppel Tot Odinck, zn. van Jurien van Holte en Lucia van Holte, woont op erve Odinck te Delden [Ov].


Onno Schaffer
Onno Schaffer, hoofdeling op de Tammingaborg, Bellingeweer.

tr.
met

Hilla Schaffer.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Evertie*1527     


Nn
Nn.

relatie
met

Unico III Ripperda, zn. van Johan Ripperda op Weldam en Anna von Viermundt Zu Odinck (Viermundt Tot Odinck), geb. circa 1569, aanvankelijk is hij caonicus te Deventer [Ov], heer van borg 'Olidam',, heer 'Weldam', Goor [Ov], hij trouwt drie keer, ovl. (minstens 68 jaar oud) tussen sep 1637 en 1638, relatie (1) met Agnes Ripperda (Nn). Uit deze relatie geen kinderen, tr. (3) met Nn. Uit dit huwelijk geen kinderen.


Nn
Nn.

tr.
met

Unico III Ripperda, zn. van Johan Ripperda op Weldam en Anna von Viermundt Zu Odinck (Viermundt Tot Odinck), geb. circa 1569, aanvankelijk is hij caonicus te Deventer [Ov], heer van borg 'Olidam',, heer 'Weldam', Goor [Ov], hij trouwt drie keer, ovl. (minstens 68 jaar oud) tussen sep 1637 en 1638, relatie (1) met Agnes Ripperda (Nn). Uit deze relatie geen kinderen, relatie (2) met Nn. Uit deze relatie geen kinderen.


Gerlach van der Capellen
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Gerlach (Geerlich) van der Capellen, lid van de ridderschap ven de graafschap te Zutphen [Ge], heer van Appingedam, beleend te Appingedam [Gr] op donderdag 10 aug 1600, ovl. in 1626.

tr. (Judith ongeveer 27 jaar oud) in 1599
met

Judith Ripperda, dr. van Johan Ripperda op Weldam en Anna von Viermundt Zu Odinck (Viermundt Tot Odinck), geb. circa 1572.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gertrud     


Gerrit van Hoemen
Gerrit van Hoemen.

tr.
met

Geertruid van Hoemen.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Heer Gerlach  †1626   


Geertruid van Hoemen
Geertruid van Hoemen.

tr.
met

Gerrit van Hoemen.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Heer Gerlach  †1626   


Gertrud van der Capellen
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Gertrud van der Capellen.

tr.
met

Reynier van Goltstein, zn. van Johan van Goltstein en Margaretha van Huemen, heer te Doorn [Ut].


Aantekeningen bij Reynier van Goltstein.
BARON REYNIER VAN GOLTSTEIN.
In het Gelders Archief treffen we onder meer aan:.
6 Magescheid tussen Reynier van Goltstein, heer van Doorn, en zijn vrouw Geertruyt van der Capellen ter eenre, en Joachim van Goltstein en diens vrouw Hieme Haen ten andere, over de nalatenschap van hun ouders Johan van Goltstein en Margaretha van Huemen, in het bijzonder over de ridderhofstad Erpenkern te Opheusden, 1637. 1 charter.
7 Magescheid tussen Judith Ripperda, weduwe van Gerlach van der Capellen in Den Dam, en Geertruidt van der Capellen, weduwe van Reiner van Goltstein tot Doorn, als moeder en grootmoeder van de kinderen van Reiner vnd, over de goederen aan die kinderen aanbestorven of te vererven van vaders, moeders of grootmoeders zijden, waarbij De Dam aan de zoon Philips wordt toegewezen, 1653. 1 charter.
8 Verdrag tussen de geëligeerden van de "Eerste staet" van Utrecht, waaronder Reiner van Goltstein, over de verdeling der te distribueren commissies, 1635. 1 omslag.
9 Attestaties met aftekening van de 16 kwartierwapens op het wapenbord van 1641 in de Dom te Utrecht van Rynier van Goltstein, 1743. 1 stuk.
Door huwelijk en aankoop zijn leden van het geslacht Van Goltstein, dat tot het begin van de 20e eeuw de kastelen Vanenburg en Oldenaller bezat en bewoonde, in het bezit gekomen van verschillende andere archieven. Behoudens het tijdelijk bezit in de 17de eeuw van het huis De Dam bij Gorssel, verwierf het geslacht in Gelderland in 1728 het huis Grunsvoort bij Wageningen uit de failliete boedel van Anthony van Lynden. Daarnaast was het sedert 1685 in het bezit van het huis Groot Appel bij Nijkerk, een abtsleen van Paderborn, kwam in de 19e eeuw door koop in bezit van diverse goederen in Nijkerk en Putten, en verkreeg in 1747 het goed de Aldenhof bij Drempt.
Het is aan te nemen, dat na de verwerving van Vanenburg in 1745 en na de verkoop van Grunsvoort in 1777 het familiearchief Goltstein en de archieven Vanenburg en Van Essen in huis Vanenburg terecht kwamen, evenals de archieven van Yrst en de Dam. Na de verwerving van Oldenaller in 1845 is een gedeelte van de op Vanenburg berustende archieven overgebracht naar Oldenaller, en verenigd met het daar reeds aanwezige archief van dit huis. De daar aanwezige archieven zijn in 1959 door de eigenaar aan het Rijksarchief in Gelderland werd overgedragen.
Het archief van de Dam, voorzover het toen teruggevonden kon worden op Oldenaller, is door mevrouw Van Goltstein-Boreel in 1902 vermaakt aan generaal Van der Capellen, het hoofd van de laatst overgebleven tak (van de Marsch) van zijn geslacht. Bij het ordenen van het archief Oldenaller is gebleken, dat lang niet alle Dam-stukken waren overgedragen, en bij de huidige inventarisatie is dit overgeslagen gedeelte van de Dam-stukken verenigd met het eveneens op het Rijksarchief berustende familiearchief Van der Capellen.
In het archief Oldenaller werd eveneens aangetroffen een belangrijk deel van de archieven Yrst, Vanenburg en Van Essen.
Met het op Vanenburg achtergebleven archief is het anders gelopen. Van de Goltsteins vererfde Vanenburg op H.H. Baron van Pallandt, en na diens déconfiture (1938) raakte het archief in de verstrooiing. Zie verder O. Schutte, Familiepapieren Van Essen afkomstig van het huis Vanenburg. ’s-Gravenhage, 1968.
Het conglomeraat is verdeeld over de volgende archiefblokken:.
0420 Huis Oldenaller.
Het archief van het huis Oldenaller bevat de archivalia, afkomstig van de bezitters van dit huis van vóór de aankoop door Van Goltstein (1848). Hierbij gevoegd het grootste gedeelte van de "Collectie Albert van Delen", in 1883 door baron van Zuylen van de Schaffelaer aan het Rijksarchief in Gelderland geschonken. Deze stukken zijn op de Schaffelaer blijven berusten, en hadden eigenlijk overgedragen dienen te worden bij de verkoop van Oldenaller. Voor meerder gemak van de gebruiker is deze overdracht alsnog geschied.
0445 Huis Yrst.
bij Hattem (welk huis reeds in 1805 was vervreemd), dat met de verdere nalatenschap van mevrouw Bentinck-van Haersolte, de laatste van haar tak, in 1834 vererfde op haar neef H.R.W. van Goltstein. De archivalia zijn teruggevonden in het archief Oldenaller en ten dele in de restanten van het archief Vanenburg.
0457 Familie Van Essen.
De vroegere bezitters van Vanenburg.
0467 Familie Van der Capellen.
De stukken betreffende de havezate De Dam bij Gorssel, na het uitsterven van de tak Van der Capellen van den Dam in 1847 vererfd op H.R.W. van Goltstein, zijn overgebracht naar het archief van de familie Van der Capellen.
0539 Huis Vanenburg.
Door het huwelijk van Philip Hendrik van Goltstein met Judith Margareta van Essen (1745), erfdochter van dit goed, aan de Goltsteins gekomen. De archivalia van de bezitters van het huis Vanenburg zijn maar zeer gedeeltelijk beschreven kunnen worden, omdat na 1938 veel dezer stukken in andere handen zijn gekomen. Zij konden vermeerderd worden met een aantal stukken betreffende de familie Van Essen en hun bezittingen, die door het Rijksarchief in Gelderland overgenomen konden worden van de abdij Berne bij Heeswijk. Ook zijn in deze inventaris vermeld een aantal tot dit archief behorende stukken, thans berustende als Familiepapieren Van Essen in het Historisch Centrum Overijssel.
0568 Familie van Goltstein.
Aangetroffen in het archief Oldenaller en vermeerderd met een aantal stukken, gevonden in het archief Vanenburg. Toegevoegd is het archief van H.R.W. van Goltstein en zijn familie.
(Bron: Gelders Archief, 0568, Famile Van Goltstein, 1513-1848).

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Philips     


Reynier van Goltstein
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Reynier van Goltstein, heer te Doorn [Ut].


Aantekeningen bij Reynier van Goltstein.
BARON REYNIER VAN GOLTSTEIN.
In het Gelders Archief treffen we onder meer aan:.
6 Magescheid tussen Reynier van Goltstein, heer van Doorn, en zijn vrouw Geertruyt van der Capellen ter eenre, en Joachim van Goltstein en diens vrouw Hieme Haen ten andere, over de nalatenschap van hun ouders Johan van Goltstein en Margaretha van Huemen, in het bijzonder over de ridderhofstad Erpenkern te Opheusden, 1637. 1 charter.
7 Magescheid tussen Judith Ripperda, weduwe van Gerlach van der Capellen in Den Dam, en Geertruidt van der Capellen, weduwe van Reiner van Goltstein tot Doorn, als moeder en grootmoeder van de kinderen van Reiner vnd, over de goederen aan die kinderen aanbestorven of te vererven van vaders, moeders of grootmoeders zijden, waarbij De Dam aan de zoon Philips wordt toegewezen, 1653. 1 charter.
8 Verdrag tussen de geëligeerden van de "Eerste staet" van Utrecht, waaronder Reiner van Goltstein, over de verdeling der te distribueren commissies, 1635. 1 omslag.
9 Attestaties met aftekening van de 16 kwartierwapens op het wapenbord van 1641 in de Dom te Utrecht van Rynier van Goltstein, 1743. 1 stuk.
Door huwelijk en aankoop zijn leden van het geslacht Van Goltstein, dat tot het begin van de 20e eeuw de kastelen Vanenburg en Oldenaller bezat en bewoonde, in het bezit gekomen van verschillende andere archieven. Behoudens het tijdelijk bezit in de 17de eeuw van het huis De Dam bij Gorssel, verwierf het geslacht in Gelderland in 1728 het huis Grunsvoort bij Wageningen uit de failliete boedel van Anthony van Lynden. Daarnaast was het sedert 1685 in het bezit van het huis Groot Appel bij Nijkerk, een abtsleen van Paderborn, kwam in de 19e eeuw door koop in bezit van diverse goederen in Nijkerk en Putten, en verkreeg in 1747 het goed de Aldenhof bij Drempt.
Het is aan te nemen, dat na de verwerving van Vanenburg in 1745 en na de verkoop van Grunsvoort in 1777 het familiearchief Goltstein en de archieven Vanenburg en Van Essen in huis Vanenburg terecht kwamen, evenals de archieven van Yrst en de Dam. Na de verwerving van Oldenaller in 1845 is een gedeelte van de op Vanenburg berustende archieven overgebracht naar Oldenaller, en verenigd met het daar reeds aanwezige archief van dit huis. De daar aanwezige archieven zijn in 1959 door de eigenaar aan het Rijksarchief in Gelderland werd overgedragen.
Het archief van de Dam, voorzover het toen teruggevonden kon worden op Oldenaller, is door mevrouw Van Goltstein-Boreel in 1902 vermaakt aan generaal Van der Capellen, het hoofd van de laatst overgebleven tak (van de Marsch) van zijn geslacht. Bij het ordenen van het archief Oldenaller is gebleken, dat lang niet alle Dam-stukken waren overgedragen, en bij de huidige inventarisatie is dit overgeslagen gedeelte van de Dam-stukken verenigd met het eveneens op het Rijksarchief berustende familiearchief Van der Capellen.
In het archief Oldenaller werd eveneens aangetroffen een belangrijk deel van de archieven Yrst, Vanenburg en Van Essen.
Met het op Vanenburg achtergebleven archief is het anders gelopen. Van de Goltsteins vererfde Vanenburg op H.H. Baron van Pallandt, en na diens déconfiture (1938) raakte het archief in de verstrooiing. Zie verder O. Schutte, Familiepapieren Van Essen afkomstig van het huis Vanenburg. ’s-Gravenhage, 1968.
Het conglomeraat is verdeeld over de volgende archiefblokken:.
0420 Huis Oldenaller.
Het archief van het huis Oldenaller bevat de archivalia, afkomstig van de bezitters van dit huis van vóór de aankoop door Van Goltstein (1848). Hierbij gevoegd het grootste gedeelte van de "Collectie Albert van Delen", in 1883 door baron van Zuylen van de Schaffelaer aan het Rijksarchief in Gelderland geschonken. Deze stukken zijn op de Schaffelaer blijven berusten, en hadden eigenlijk overgedragen dienen te worden bij de verkoop van Oldenaller. Voor meerder gemak van de gebruiker is deze overdracht alsnog geschied.
0445 Huis Yrst.
bij Hattem (welk huis reeds in 1805 was vervreemd), dat met de verdere nalatenschap van mevrouw Bentinck-van Haersolte, de laatste van haar tak, in 1834 vererfde op haar neef H.R.W. van Goltstein. De archivalia zijn teruggevonden in het archief Oldenaller en ten dele in de restanten van het archief Vanenburg.
0457 Familie Van Essen.
De vroegere bezitters van Vanenburg.
0467 Familie Van der Capellen.
De stukken betreffende de havezate De Dam bij Gorssel, na het uitsterven van de tak Van der Capellen van den Dam in 1847 vererfd op H.R.W. van Goltstein, zijn overgebracht naar het archief van de familie Van der Capellen.
0539 Huis Vanenburg.
Door het huwelijk van Philip Hendrik van Goltstein met Judith Margareta van Essen (1745), erfdochter van dit goed, aan de Goltsteins gekomen. De archivalia van de bezitters van het huis Vanenburg zijn maar zeer gedeeltelijk beschreven kunnen worden, omdat na 1938 veel dezer stukken in andere handen zijn gekomen. Zij konden vermeerderd worden met een aantal stukken betreffende de familie Van Essen en hun bezittingen, die door het Rijksarchief in Gelderland overgenomen konden worden van de abdij Berne bij Heeswijk. Ook zijn in deze inventaris vermeld een aantal tot dit archief behorende stukken, thans berustende als Familiepapieren Van Essen in het Historisch Centrum Overijssel.
0568 Familie van Goltstein.
Aangetroffen in het archief Oldenaller en vermeerderd met een aantal stukken, gevonden in het archief Vanenburg. Toegevoegd is het archief van H.R.W. van Goltstein en zijn familie.
(Bron: Gelders Archief, 0568, Famile Van Goltstein, 1513-1848).

tr.
met

Gertrud van der Capellen, dr. van Gerlach van der Capellen en Judith Ripperda.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Philips     


Philips van Goltstein
in
Parenteel van Rypert Ripperda.

Philips van Goltstein.


Aantekeningen bij Philips van Goltstein.
PHILIPS VAN GOLTSTEIN.
Het volgende treffen we over Philips van Goltstein aan in het Gelders Archief:.
7 Magescheid tussen Judith Ripperda, weduwe van Gerlach van der Capellen in Den Dam, en Geertruidt van der Capellen, weduwe van Reiner van Goltstein tot Doorn, als moeder en grootmoeder van de kinderen van Reiner vnd., over de goederen aan die kinderen aanbestorven of te vererven van vaders, moeders of grootmoeders zijden, waarbij De Dam aan de zoon Philips wordt toegewezen, 1653. 1 charter.
8 Verdrag tussen de geëligeerden van de "Eerste staet" van Utrecht, waaronder Reiner van Goltstein, over de verdeling der te distribueren commissies, 1635. 1 omslag.
9 Attestaties met aftekening van de 16 kwartierwapens op het wapenbord van 1641 in de Dom te Utrecht van Rynier van Goltstein, 1743. 1 stuk.
10 Extract uit de bijbel van Reyner van Goltstein tot Doorn betreffende de geboorten van zijn kinderen, 1626-1640. 1 omslag.
11 Acte van huwelijksvoorwaarden van Philips van Goltstein en Maria de Rechignevoison de Loges, 1659. 2 charters.
11 a Lijst der schilderijen, vermoedelijk in een huis te 's-Gravenhage, opgemaakt door E.J.B. van Goltstein na de dood van zijn moeder, 1720. 1 omslag.
12 Acte van aanstelling van Philips van Goltstein tot rekenmeester in Gelderland, 1667. 1 charter.
12 a Stukken betreffende de admissie van Reyner Carel van Goltstein als ambtsjonker in Nijkerk, 1685. 1 omslag.
13 Commissiebrief voor Reiner Carel van Goltstein als kolonel van de ruiterij, 1698. 1 charter.
14 Commissiebrief voor Reiner Carel van Goltstein als sergeant-majoor bij het reglement Steenbock, 1698. 1 charter.
14 a Bewijs van borgtocht van wijlen Generaal van Goltstein, z.j.. 1 omslag.
15 Testament van Anna van Goltstein te Londen, 1696. 1 charter en 1 stuk.
15 a Magescheid tussen de kinderen van Philips van Goltstein en Maria de Rechignevoisin de Loges, 1721. 2 stukken.
16 Testament van Geertruid Magdalena van Goltstein, Deventer, 1725. 1 omslag.
16 a Rekening van Philips Hendrik van Goltstein wegens de afwikkeling van de nalatenschap van Cornelia Amelia van Goltstein, met bijlagen, 1746, 1747. 1 omslag.
17 Brieven aan Cornelia Amelia van Goltstein over de nalatenschap van haar zuster Judith Frederica, 1725. 1 omslag.
18 Testamenten van Cornelia Amelia van Goltstein, 1721, 1741 en 1744. 2 charters en 1 omslag.
19 Inventaris van de nalatenschap van Cornelia Amelia van Goltstein, 1746. 1 katern.
(Bron: Gelders Archief, 0568, Familie Van Goltstein, inventaris 1513-1848).


Johan van Goltstein
Johan van Goltstein.

tr.
met

Margaretha van Huemen.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Baron Reynier     


Margaretha van Huemen
Margaretha van Huemen.

tr.
met

Johan van Goltstein.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Baron Reynier     


Heinrich van Ackenschock
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Heinrich van Ackenschock, erfheer, erfheer, ovl. voor 1625.


Aantekeningen bij Heinrich van Ackenschock.
Gut Binkhoff (auch „Binkhof“ geschrieben) ist ein ehemaliges Rittergut und befindet sich am östlichen Rand der heutigen Gemeinde Bönen im Kreis Unna. Es wurde erstmals 1315 urkundlich erwähnt. Von den Gebäuden und den sie umgebenden Gräften ist nur wenig erhalten.
Es handelt sich um ein altes märkisches Lehngut, das bereits in den so genannten „ältesten Lehnbüchern der Grafen von der Mark“ von 1392/93 aufgeführt ist.
Mit Johan de Biginchove tritt 1315 erstmals ein Angehöriger dieses Geschlechts auf. Da das Wappen der Familie, abgesehen von den Farben, das gleiche ist wie das des in diesem Gebiet ansässigen Geschlechts von der Recke, vermutete schon der westfälische Geschichtsschreiber Johann Dietrich von Steinen (1699–1759), dass beide Geschlechter miteinander verwandt sind. Bis zur Mitte des 16. Jahrhunderts findet sich eine Anzahl urkundlicher Erwähnungen des Gutes, wobei die Schreibweise zwischen Byginchove, Byginckhove, Byynchove, Biinchoff, Bynckhof und Bynchof schwankt. 1522 ist ein Joist Bynckhoff in der märkischen Ritterschaft des Amtes Hamm verzeichnet. 1549 ergeht ein landesherrlicher „Consens“ zur Verpfändung des Gutes an Henrich Ackenschock, einen Neffen des vorgenannten Joist. 1563 erfolgt die Übergabe des Gutes an Henrich Ackenschock und 1567 die Belehnung mit dem Gut. Anschließend bleibt es für zwei Jahrhunderte im Besitz der Familie von Ackenschock. 1767 wird das Gut allodifiziert: Aus dem Lehngut wird ein Eigengut.
1768 wird das Gut an den Besitzer des 3,7 km südlich gelegenen Rittergutes Haus Heyde, Christoph Friedrich Steffen von Plettenberg (1698–1777), einen pensionierten Generalleutnant im Dienste Friedrichs des Großen, verkauft. Das Gut bleibt dann über eineinhalb Jahrhundert mit Haus Heyde und dessen jeweiligen Besitzern verbunden, die aber nicht darin wohnten. Die Enkelin des Käufers, Friederike von Bodelschwingh (1768–1850), die 1785 Franz von Bodelschwingh-Velmede (1754–1827) heiratete, vererbt Haus Heyde einschließlich Binkhoff an ihren zweiten Sohn, den preußischen Finanzminister Carl von Bodelschwingh-Heyde (1800–1873). Nach dessen Tod ist es im Besitz seines ältesten Sohnes Ernst (1830–1881), der 14 Jahre Landrat des Kreises Hamm war. Ende des 19. Jahrhunderts wird das Gut, das damals 75 Hektar groß war, an den Landwirt Schulze-Beckinghausen verpachtet, später an den Landwirt Kissing. Agnes von Bodelschwingh (1877–1929), die unverheiratet gebliebene jüngere Tochter Udos von Bodelschwingh-Heyde (1840–1921, einziger überlebender Sohn des Finanzministers Carl von Bodelschwingh) wird Erbin von Gut Binkhoff, das dadurch von Haus Heyde getrennt wird. Nach ihrem Tod sind die Eigentumsverhältnisse verwickelt. Eigentümer wird schließlich Wennemar von Bodelschwingh (1913–1941), das jüngste der vier Kinder von Agnes älterer Schwester; er fällt aber ohne Nachkommen 1941 im Krieg. Später ist sein älterer Bruder Dr. Ing. Heinz von Bodelschwingh (1907–1993) Eigentümer des Gutes. Dieser verkauft es nach 1970 an einen Hans Felix Westhoff aus Warendorf, der aber das Gut nicht selbst bewirtschaftet. Seit etwa 1970 erfolgt die Bewirtschaftung der Ländereien des Gutes durch die Familie von Plettenberg auf dem unmittelbar angrenzenden Gut Haus Heeren.
Das Anwesen liegt noch heute frei in der Feldflur, etwa 500 Meter östlich von Bönen-Altenbögge, kaum zwei Kilometer in westlicher Richtung befindet sich das Kamener Kreuz. Nach der Urkatasterkarte von 1828 lag das Herrenhaus auf einer von einer breiten Gräfte umgebenen Insel. Dem Herrenhaus diametral gegenüber stand auf der Insel noch ein weiteres, wesentlich kleineres Gebäude. Nach Norden hin, außerhalb der inneren Gräfte, sind noch zwei kleinere Gebäude eingezeichnet, wahrscheinlich Wirtschaftsgebäude. Südwestlich der inneren Gräfte zieht sich ein längerer Wassergraben hin, der möglicherweise ursprünglich Teil einer schmalen, äußeren Gräfte war. 1881 hieß es in einem Werk über die Kunst- und Geschichtsdenkmäler des Kreises Hamm: „Von dem Rittersitz Bynkhof .. sind nur ein viereckiger Hofplatz mit alten und neuen Ökonomiegebäuden, der Ringgraben und auf weiterer Entfernung ein zweiter Grabengürtel im Süden, Westen und halb im Osten übrig geblieben. Sonst atmet das ganze Anwesen die Ländlichkeit eines Bauernhofes.“.
Im Jahre 1482 stifteten die „Herren von Akenschock auf Binkhoff“ für die Kirche in Kamen eine Vikarie mit einem Altar zu den Heiligen Drei Königen. In früheren Jahrhunderten gehörten zu Binkhoff als Grundherrschaft noch mehrere Bauernhöfe in der Umgebung.
Bronnen:.
1. Duitse WP.
2. Josef Cornelissen: Haus Heyde bei Unna – Ein westfälischer Adelssitz in seinem wechselvollen Schicksal. Schriftenreihe der Stadt Unna, Band 35, 1998, ISBN 3-927082-37-6. S. 51, 178, 181/182.
3. Hans-Detlef Grüber, Dagmar Pieper: Vergessene Geschichte – Herrenhäuser, Adelssitze und Güter in der Gemeinde Bönen, in Boinon, Mitteilungen und Beiträge zu Heimatkunde und Geschichte in der Gemeinde Bönen, Heft Nr. 14, Herausgeber Heimat- und Geschichtsverein Bönen e. V, Bönen 1995, Kapitel Binkhof, S. 43 ff.
4. Hans Thümmler (Bearb.): Bau- und Kunstdenkmäler von Westfalen – Kreis Unna. Münster/Westfalen 1951, S. 50, 251.
5. J. B. Nordhoff: Die Kunst- und Geschichtsdenkmäler des Kreises Hamm. Herausgeber: Westfälischer Provinzialverein für Wissenschaft und Kunst, Münster/Westfalen 1880.

tr. (Frederica ongeveer 28 jaar oud) in 1603
met

Frederica (Vrede) Ripperda, dr. van Johan Ripperda op Weldam en Anna von Viermundt Zu Odinck (Viermundt Tot Odinck), geb. in 1575, ovl. (minstens 50 jaar oud) na 1625.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna Judith     


Heinrick von Kerckerinck
Heinrick von Kerckerinck.

tr.
met

Anna von Kerckenrinck.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Heinrich  †1625   


Anna von Kerckenrinck
Anna von Kerckenrinck.

tr.
met

Heinrick von Kerckerinck.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Heinrich  †1625   


Anna Judith van Ackenschock
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna Judith van Ackenschock.

tr.
met

Nicolaas Christopher van Bevervoorde Tot Oldemeule.


Nicolaas Christopher van Bevervoorde Tot Oldemeule
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Nicolaas Christopher van Bevervoorde Tot Oldemeule.

tr.
met

Anna Judith van Ackenschock, dr. van Heinrich van Ackenschock en Frederica Ripperda.


Reinold de Vos van Steenwijk
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Reinold de Vos van Steenwijk, landrentmeester in Drenthe.

tr. (Agnes ongeveer 32 jaar oud) op donderdag 17 jul 1608
met

Agnes Ripperda, dr. van Johan Ripperda op Weldam en Anna von Viermundt Zu Odinck (Viermundt Tot Odinck), geb. circa 1576.

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Baron Hendrik     
Baron Johan     

')}