Het verhaal van Kostverloren nr. 11
Minicamping B&B, tussen Drieborg en Finsterwolde
Een familieverhaal
Op 28 december 1989 tekenen Clara en René van Rijn bij notaris Lathouwers in Finsterwolde de koopakte van hun eerste onroerend goed, te weten de behuizing met erf, tuin en grond, staande en gelegen aan de Kostverloren 11, 9684 TB Finsterwolde, groot 32.60 aren. De verkoper is Drs. J. Middendorp, wonende te Amsterdam en de koopsom bedraagt f 30.000,-
Het huis is in de buurt bekend als 'Bakker Boektje' en stamt uit 1906. Vanaf die tijd tot 1973 heeft het waarschijnlijk altijd als een woonhuis/bakkerij gediend. Rond 1970 heeft dhr. Middendorp de woning overgenomen van de familie Boektje en het als tweede huis gebruikt. Hij woont in het westen en verblijft op onregelmatige tijden (vakanties), al of niet met zijn gezin, op Kostverloren. Ook vrienden/kennissen maken gebruik van de woning.
Op het moment van de aankoop door Clara en René is de woning in totaal uitgeleefde, bouwvallige staat. De originele indeling inclusief bakkerij is nog vrijwel helemaal aanwezig. Het huis kan ingedeeld worden in een voorhuis en een achterhuis. Het voorhuis heeft drie kamers en een winkelruimte met trap naar boven, waar een paar heel eenvoudige slaapvertrekken zijn gemaakt met kartonwanden. Verder een lange gang met ronde muur die loopt vanaf de (dichtgemetselde) winkeldeur in de voorgevel tot de zijdeur die de tuin inleidt. In de gang een eenvoudig keukentje, grote voorraadkast, wc, douche, grote oven en de ingang naar het achterhuis/bakkerij. In het achterhuis een lange smalle bakkerij met ingang van de oven. Daar achter een hok waar vroeger de dieselpomp stond die via een stelsel van aandrijfriemen en –assen op zolder de molenstenen en andere machines aandreef. Verder een ruimte met grote ronde maalstenen en twee schuurdeuren en tot slot nog een opslagruimte. De zolder is van voor naar achter open zonder tussenwanden en is vroeger ondermeer gebruikt voor opslag van stro en hooi voor de dieren. De zoldervloer is zeer onbetrouwbaar geworden.
Aan de achtergevel nog wat half ingestorte restanten van een stalruimte voor de dieren, waaronder het paard, waarmee brood bezorgd is in de omstreken. Het hele pand verkeert in totaal verwaarloosde staat en is volgepakt met oude meuk, met vrijwel niets van waarde. Wat de tand der tijd heeft doorstaan is het vitrinekastje dat op de toonbank van het winkeltje stond en waarin de koeken hebben gelegen. Het terrein rondom het huis wordt door Topelen (van de Oudedijk Finsterwolde) met instemming van Middendorp gebruikt als schapenwei.
Kostverloren
Kostverloren is een buurtje in het uiterste oosten van Finsterwolde aan de voet van de Oudedijk grenzend aan de Stadspolder en Egyptische dijk. Ontstaan aan het eind van de 19e eeuw als leefgemeenschap van landarbeiders bij de herenboer en kleine zelfstandigen, zoals de smid, de bakker en kruidenier annex 'stille kniepe', waar zonder vergunning alcohol geschonken wordt. Geografisch is het de plek waar vroeger de Tjamme uitwatert in de Dollard.
Clara en René, een verhaal over vallen en opstaan
Clara en René weten van dit alles nog niks en zijn dolblij met hun eerste aankoop. Zij is een schippersdochter en komt uit Hasselt (geb. 1962), hij uit Amsterdam (geb. 1957). Ze hebben een gezamenlijk verleden in Deventer en zijn kort geleden teruggekeerd uit Zimbabwe, waar zij drie jaar gewoond en gewerkt hebben. Ze zijn er heengegaan met dochter Lucy, 7 maanden oud en krijgen er in Zimbabwe een dochter Olga bij. Ze willen een nieuw bestaan in Nederland opbouwen. Op 1 januari 1990 arriveren ze met een volgepakte aanhangwagen, gevolgd door Ton Grootkoerkamp met een volle Mercedes bus. Ton is een oude vriend uit Deventer die achter op Kostverloren woont bij het voormalige gemaal 'De Spitlanden' met zijn Kirsten en twee kinderen Sanne en Maria. In het scheve huis vóór Ton woont Cocky van de Brand uit Brabant met haar kinderen Haske en Katrien. Verder wonen er een Duits echtpaar die er niet vaak zijn, Klaas en Fenna Stubbe (de vader van Klaas is beheerder van het gemaal) en Ben, een gepensioneerde militair uit Limburg. Naast Kostverloren 11 woont Annie van de Graaf, een rasechte Rotterdamse, met haar zoon Willem, en aan de andere kant Arie Groenheide, ook een gepensioneerd militair met z'n twee vrouwen. In het laatste huis vóór de bocht Dieter en Lotte, een Duits echtpaar. Vlakbij op het Hamrik wonen nog Anna en Geert Leeraar en Martha en Arend Luppes. Martha, Geert en Klaas (?) zijn hier geboren en getogen. Inclusief de laatste twee woningen bestaat het streekje uit elf huishoudens.
Op school naar Drieborg
Het schooltje in Drieborg is blij met de komst van de nieuwe kinderen op Kostverloren. Vanwege het kleine leerlingaantal dreigt opheffing van de school. Met zes nieuwe kinderen blijven ze net boven de ondergrens en blijft de school in leven. Clara en René hebben nog geen baan.
De eerste zomer wordt er wat bijverdiend met werk bij de boer. Clara in het spruiten sorteren en René in het stro. De eerste winter wonen ze in een caravan achter het huis. Met veel energie, weinig geld en veel hulp van vrienden, buren en buurtgenoten gaan ze de 'bouwval' te lijf.
Zonder bouwervaring wordt eerst de zolder met gekregen isolatiemateriaal en pallethout vertimmerd tot twee slaapkamers met een wastafel. Stapsgewijs, met vallen en opstaan wordt geleidelijk aan het voorhuis grondig aangepakt. Alle kozijnen, vloeren en balklagen zijn grotendeels vergaan van de houtworm. Met de buren wordt na een storm, de schuur van een stadsboerderij bij Nieuw Statenzijl gesloopt (waar Ede Staal gewoond heeft) in ruil voor al het goed bruikbare hout en de dakpannen. Buurman Willem van de Graaf is in opleiding voor installateur en biedt zijn hulp aan.
Hij legt samen met René compleet nieuw leidingwerk aan. René leert van hem de kneepjes van het vak, waarvan hij later nog veel profijt heeft. Clara verricht wonderen in de tuin die zich door haar laat omtoveren tot een aards paradijs. Buurboer Lam Pieter Tiddens waagt zijn ploeg er aan om aan de zuidzijde van de tuin een brede rand grond (met puin) om te ploegen. Hierin worden bomen en struiken geplant. De mensen die helpen verbouwen, blijven meestal slapen. En veel mensen vinden het een prachtige plek. Hier ontstaat de eerste gedachte:
'Waarom gaan we geen minicamping beginnen?"
Ze hebben, ondanks hun idealisme, genoeg realiteitszin om in te zien dat dit voorlopig niet genoeg zal opleveren om van te leven. Er moeten banen bij. Ze scholen zich eerst bij in de omgang met computers, welke ontwikkeling ze door hun tijd in Zimbabwe gemist hebben.
Clara vindt een gesubsidieerde (Melkert) baan bij een zorginstelling in Scheemda, begeleiding en verzorging van verstandelijk gehandicapte ouderen.
Ze schoolt zich bij in de administratieve hoek, want ze wil graag wat anders.
Bij dezelfde organisatie vindt ze werk op kantoor.
Ze stapt over naar een woningstichting als telefoniste, later als informatrice aan de balie voor woningzoekenden.
René schoolt zich via een opleiding in Groningen om tot milieuadviseur en vindt werk als milieucoördinator bij een kartonfabriek in Coevorden. Hij kart vijf dagen per week via binnendoor wegen met de Opel Kadett op en neer.
Zo vinden ze beiden betaald werk, terwijl de arbeid thuis niet aflatend tijd en energie blijft vragen.
De vrijheid van Kostverloren
De kinderen groeien in de vrijheid van Kostverloren op. Tot groot geluk wonen er vier andere leeftijdgenoten, waar mee lief en leed gedeeld wordt. Er zijn paarden, feesten, muzikanten, goeie buren en boze buurmannen. En ondertussen wordt er altijd gebouwd en lekker gegeten. Een bruisend bestaan met veel leven op Kostverloren. Ton en Kirsten, die achter in het land op Kostverloren wonen, beginnen een ecologische groenteteelt bedrijf De Spitlanden. Later verandert dit in een Citroën DS sloop- en reparatiebedrijf 'Gare du Nord'. Buurvrouw Cocky schoolt zich om tot timmervrouw en verbouwt eigenhandig haar huis. René voetbalt bij SV Drieborg en viert het eerste kampioenschap sinds jaren. Clara zingt en maakt muziek met buurtgenoten. Er zijn mooie feesten en er heerst saamhorigheid.
Minicamping
Clara en René nemen contact op met de gemeente Reiderland omdat ze een minicamping willen beginnen. Er zijn nog weinig regels. Een buitenkraan en aparte wc zijn voldoende. Van een oud onderstel van een schaftwagen maken ze een sanitaire keet en ze beginnen gewoon. Dochter Olga sleept de eerste, betalende klanten binnen wanneer ze aan een groep rustende wandelaars in de buurt vertelt dat ze bij haar ouders vast een bak verse koffie kunnen krijgen. De groep nestelt zich zonder wandelschoenen in de woonkamer en krijgt de toevallig aanwezige stroopwafels in partjes verdeeld geserveerd alsof het de normaalste zaak van de wereld is. De eerste inkomsten en de eerste geschreven woorden in het gastenboek. Ze schaffen een oude bouwkeet uit Nieuw Beerta aan, die gebruikt wordt als ponystal. Deze wordt verbouwd tot romantisch slaapvertrek. Al gauw wordt een tweede keet verbouwd tot slaapvertrek.
Toevallig passerende kampeerders beginnen binnen te druppelen terwijl je andere langsfietsende passanten, soms verbaasd hoort zeggen:
'Hee, kijk een mini-camping, hier????"
Er wordt een foldertje gemaakt en de camping is een feit.
Het leven en de verbouwing ontwikkelen zich verder. René stapt over op een baan als milieuman op de afvalberg bij de gemeente Veendam. Bij accepteren van de baan geldt er wel een verhuisplicht binnen één jaar vanwege de politieke gevoeligheid van de stortplaats en het snel ter plekke kunnen zijn. Een half uur rijden, vinden ze te lang. René denkt er het zijne van en verwacht dat ze daar op terug gaan komen. Dit is echter niet het geval en hij verliest na anderhalf jaar zijn gemeentebaan want hij kiest voor Kostverloren. Hij hoort zijn dochter nog zeggen:
"Papa we gaan toch niet verhuizen? We hebben net een nieuwe keuken!"
Er is nu meer tijd voor bouwen en René loopt met zijn ongebreidelde opportunisme zijn eerste hernia op wanneer hij in de weer is met veel te zware betonnen grinttegels. Hij wordt geopereerd en vindt na herstel werk bij Taxi De Groot als chauffeur op de Schipholtaxi.
Ondertussen komen Clara en René in 1997 als laatste in aanmerking voor een subsidie voor het opknappen van de buitenkant van je huis. Een buitenkans. Er wordt gedacht, gedroomd en ontworpen. Wat als we het krottige achterhuis af breken (op één muur na) en daar nieuw bouwen om er een B&B te maken? Met architect, (BNA Scheemda), en aannemer (Meijer, Bad Nieuweschans) worden de plannen in elkaar gezet: een verbouwing van circa € 62.000,- waarvan tweederde deel subsidie. Clara en René zorgen met de kinderen en de vriendengroep uit Deventer dat het achterhuis gesloopt wordt en de oude stenen gebikt worden voor hergebruik.
In één weekend wordt het achterhuis grotendeels afgebroken.
De aannemer graaft de funderingssleuf uit en stort een nieuwe fundering. Op het laatste moment wordt in overleg nog besloten om de achtergevel van het huis één meter verderop te zetten om wat meer binnenruimte te creëren. Tegelijkertijd wordt de fundering uitgegraven en gestort voor een losstaand gebouw dat later dienst gaat doen als zomerhuis inclusief carport, winkeltje en atelier.
De aannemer metselt nieuwe spouwmuren met aan de buitenkant de oude stenen, plaatst kozijnen en een grote schuifpui in de achtergevel, maakt met behulp van drie grote stalen driehoekspanten een nieuwe dakconstructie en dekt het dak af met isolatieplaten. Zo wordt het opgeleverd.
Zelf bouwen
Om de kosten te drukken, nemen Clara en René de verbouwing vanaf hier zelf over. Dat wil zeggen panlatten en oude pannen weer op het dak, dakgoten eraan, gevels voegen, leidingen leggen, betonvloer storten, verdiepingsvloer maken en al het overige timmer en aanlegwerk in het 'nieuwe' achterhuis. Beneden resulteert het in een gemeenschappelijke ruimte met een nieuwe gasteningang, een bar, een toiletblok, een houtkachel en een trap naar boven. Boven ontstaan twee gastenkamers en een wc/badkamer. De trap en bar worden gemaakt van iepenhout door buurtgenoot Rob die met zijn bedrijfje 'Eigen houtje' prachtig timmerwerk levert. Hij mag van de gemeente de gekapte, zieke iepen bomen uit de polder hebben. Met hulp van een buurtboer transporteert hij ze naar de timmerwerkplaats van Bas Das in Nieuweschans en laat ze daar eerst een jaar in het water van de Westerwoldse Aa liggen. Daarna laat hij ze zagen en drogen en bouwt zo een mooie voorraad timmerhout op, waar hij nog jaren lang uit put. Hij geeft twee schragen aan de camping met daarop twee onbehandelde, 7 cm dikke, 50 cm brede, 3 meter lange iepen 'planken' die nog jaren dienst doen als grote (eet)tafel in het achterhuis.
Er wordt gebouwd en gebouwd en ingericht. Ook de tuin/camping ondergaat allerlei ontwikkelingen. Elk jaar wat meer gasten en altijd die loftrompet over het bijzondere plekje (twee gastenboeken vol). Clara houdt vol op haar werk, maar het wordt lastiger te combineren met de te serveren ontbijtjes. René wisselt banen met werken thuis af. In zijn banen is hij met zijn hoofd vaak bij de verbouwingen thuis. En hij ontdekt de dichter in hemzelf.
Zo schrijft hij achter zijn bureau op z'n werk het volgende gedicht:
Ik vergeet mijn plichten, door te dichten,
over verre gezichten die mijn gedachten verlichten.
Zoals op de dijk een kind, met in haar lokken een lint, rode sokken onder opwaaiende rokken.
Zal zij ooit komen over de vlakte zonder bomen, op de plek van haar dromen,
terwijl de regen blijft stromen?
De open luchten, doen haar verzuchten, was ik maar thuis ,
bij moe achter 't fornuis,
bij mijn poezen zo zacht,
met hun heerlijke vacht,
veilig en warm,
op papá z'n arm.
Naar het voortgezet onderwijs
Dochter Lucy fietst naar de middelbare school in Winschoten, dochter Olga naar de Daltonschool in Woldendorp. De meiden werken later in de horeca, o.a. bij Balkanrestaurant Makedonia in Winschoten en visrestaurant Landman in Termunten. Lucy verhuist op haar zeventiende naar de stad (Groningen) om dierenartsassistente te worden en loopt stages bij boeren in de polder. Olga volgt kort daarna voor een kappersopleiding en een kunst, theater en media opleiding aan het Noorderpoortcollege.
Het leven gaat verder
Op 1 juni 2003 komt de camping bij de Kamer van Koophandel i.p.v. op René's naam, op die van Clara te staan. De ontwikkelplannen denderen voort. Clara wil ook graag een terras en winkeltje openen. Ze haalt haar horeca papieren en na een slopende artikel 12 procedure, waarin een dwarsliggende buurvrouw en haar vriend voor de nodige vertraging en nare beschuldigingen zorgen, ontvangt ze de officiële vergunning om te doen wat ze graag doet.
Ze zegt haar baan bij Acantus op 1 juni 2005 op, om zich helemaal te storten op de mini-camping en B&B. Tijd voor een feestelijke Open dag op 1e Pinksterdag 2006, met accordeonmuziek en een mini-expositie van Nicolet Westhof (keramiek) en Jan Willems (spijkerkunst). De dag wordt goed bezocht en werpt al gauw zijn vruchten af. Boer Willem Schillhorn van Veen uit de C.C. polder komt op bezoek met een vogelaar Ben Koks. Ze komen informeren of Kostverloren 11 onderdak wil/kan bieden aan studenten die veldwerk doen rondom de grauwe kiekendief, een roofvogel die sinds een paar jaar Oost Groningen als broedgebied heeft ontdekt. Dit is het begin van een 12 jaar durende samenwerking met de 'Werkgroep Grauwe kiekendief'.
Veldstation voor studenten
Elke voorjaar/zomer komen er nieuwe studenten logeren op de kamers en hutten en later ook in het zomerhuisje. Ze eten de eerste jaren met het gezin mee aan de keukentafel en later kokkerellen ze zelf in het gereedgekomen zomerhuisje. Er worden allerlei bijeenkomsten gehouden en Kostverloren wordt bekend als een soort veldstation voor de werkgroep, waarbij Clara en René op alle mogelijke manieren faciliteren. Maaltijden voor 25 -30 personen, besprekingen, startbijeenkomsten, braakbal pluisdagen met koffie en huisgemaakte paranotenkoek. Vrijwel alles kan. Een vruchtbare tijd waarin veel bijzondere contacten ontstaan. Ondertussen blijkt een internationaal gezelschap van 'gewone' toeristen het afgelegen Kostverloren steeds meer te vinden. Het ligt gunstig langs de internationale fiets- en wandelroutes. Gasten uit heel Europa, ook uit Iran, Canada en Australië blijven overnachten.
Winkeltje, kunst en een festival
Clara organiseert er lustig op los met haar winkeltje, kunstexposities, dansavonden, muziek optredens, feesten en partijen. Op Hongerige Wolf, een gehucht aan andere kant van de Egyptische dijk, ontstaat in 2013 een jaarlijks, meerdaags muziek- en kunstfestival. Kostverloren 11 staat dan afgeladen vol met tenten en alle accommodaties zijn bezet voor twee tot drie dagen met grote ontbijtbuffetten. Een dynamische tijd met elk jaar terugkerende gasten, ook BN'ers bezoeken Kostverloren (waaronder 'sinterklaas' Bram van der Vlugt) en laten zich het wel gevallen. In 2013 openen Clara en René op hun terrein het 'Rustpunt De Binnenlanden', een verbouwde schaftkeet en grote picknicktafel waar passerende mensen even kunnen pauzeren en zichzelf geheel zelfstandig kunnen voorzien van een warme of koude consumptie. Betalen kan in het geldkistje.
Winterzorgen
Het bedrijfje loopt goed. Er wordt echter niet genoeg verdiend om het hele jaar van te leven. Vanaf oktober tot april zakken de inkomsten fors. De winters zorgen vaak voor kopzorgen. René heeft regelmatig last van depressies. Op het hoogtepunt van zo'n zwart donkere bui ziet hij geen andere uitweg dan het op papier te zetten in een gedicht met de titel:
Tot stervens toe bestaan.
Voorheen verstopt in verborgen alkoven, komt zwarte gal los en moddert pruttelend naar boven.Karweidienst van Rijn
Ver is het zicht en ruim de lucht, toch zie ik geen licht in dit verloren gehucht.
Terwijl de klei rijk is en vochtig en warm, voel ik mij verdroogd en vruchteloos arm.
Terwijl de kou snijdt door merg en been, zoek ik naar adem in de lucht om mij heen.
Terwijl de boom kraakt en buigt met de wind, ben ik onvolmaakt en zwaar verminkt.
Een kloppend verstomd gevoel van binnen, maakt mijn hart moedeloos en zonder zinnen.
De verstillende wil maakt mij dodelijk stil.
Nu nadert de dood met rasse schreden, 'k ben in nood, de tijd is verleden.
Na een faillissement van zijn laatste werkgever, komt hij zonder baan te zitten. Hij is nu 50 en komt ook na een re-integratietraject niet meer aan de bak. Hij besluit zich bij de Kamer van Koophandel in te schrijven als klusbedrijf: 'Karweidienst van Rijn, van idee tot uitvoering'. Aldus groeit hij in het werk en verricht allerlei kleine en grotere verbouwingen in de regio. Eén week per maand werkt hij als onderhoudsman bij een scholencomplex, het Kabouterhuis, in Amsterdam, waar hij dan overnacht in woonboot, camper, caravan of tentje. De zaken gaan goed.
Zingen en een kunstopleiding
Clara runt de mini-camping B&B en zingt daarnaast in een vrouwenband met wereldmuziek (La Mimouna) met verschillende, ook heel bijzondere optredens, zoals in de Bijlmerbajes en op een Arabisch filmfestival in Rotterdam. Ze volgt een kunstopleiding aan academie 'De Werker' en heeft in een deel van het zomerhuis een atelier ingericht.
Geleidelijk aan begint er een soort verzadigingspunt te komen met betrekking tot de minicamping en B&B. Het vele onderhoud en het altijd maar klaar staan voor gasten die op ieder moment aan de bel kunnen trekken, beginnen zijn tol te eisen. Het wordt een traditie dat in het voorjaar een aantal van Clara's broers en zussen (ze heeft er 10), met aanhang een weekend lang helpen met de camping weer klaar te maken voor een nieuw seizoen. Dakgoten, straatwerk, poetswerk, sanitair, terrein, verfwerk, bomen en heggen snoeien, brandhout, terrasmeubilair. Een fantastisch gebaar waar iedereen ook van geniet, mede door de gezelligheid, de heerlijke maaltijden en koeken van Clara, en het verbluffende resultaat van de inspanningen. Vele handen maken licht werk.
Het werk wordt zwaar
Clara en René beginnen zich wel te realiseren dat het lichamelijk steeds zwaarder wordt om de boel onder controle te houden. Beiden hebben regelmatig serieuze rugklachten. René buffelt er met zijn klusbedrijf, naast het werk thuis, behoorlijk op los en is soms ook zomaar twee maanden fysiek uitgeschakeld. Ze besluiten om de bedrijfsvoering op Kostverloren 11 te veranderen en om alleen door te gaan met de B&B. Omdat ze vooruit denken, zetten ze het huis ook te koop en nadat een verkoop op het allerlaatste moment niet doorgaat, halen ze het huis weer uit de verkoop. Het geeft te veel onrust. Ze doen de camping weer open en organiseren er twee camperplekken bij. Ze krijgen ook een bouwvergunning voor drie trekkershutten op palen. Om nu nog echt door te pakken, moeten ze eerst geld investeren. Het is wikken en wegen. Ze willen niet naar de bank. In 2015 besluiten ze het huis met bedrijf toch weer te koop te zetten en ondertussen alle verbeterklussen die er nog liggen, uit te voeren. Zo komt er een nieuw, geïsoleerd plafond in de grote woonkamer, alles wordt opnieuw gestuukt, nieuwe vloerbedekking, een nieuwe iepen houten bar, aanrecht en trap in het voorhuis. De voorgevel wordt opnieuw gestuukt, nieuwe nokpannen op het dak, verfwerk en er wordt een hele grote kledingkast met oude paneeldeuren gemaakt. Het jarenlang bouwen begint zichtbaar te worden.
Dochter Olga vraagt of ze haar trouwerij met Herman op Kostverloren 11 kan doen. Natuurlijk kan dat. Rudy uit Ganzedijk brengt ze, samen met hun twee zoons Luc en Pim, met zijn pony en wagen naar Kostverloren. Onder de appelboom, in het bijzijn van een trouwambtenaar, familie en gasten spreken ze het 'Ja' woord uit. Een knallend feest volgt.
Het lijf werkt niet mee
Met René's lijf wil het niet langer in de bouw. Hij vindt in 2016 zomaar een baan als woonbegeleider in de noodopvang voor asielzoekers in Blauwestad. Groot geluk. Echter na vier maanden schakelt zijn tweede hernia hem uit. Revalidatie en einde baan: de noodopvang stopt ermee. Er komt weinig reactie op het te koop staande Kostverloren 11. Clara en René zijn zoekende, hoe nu verder. In 2017 worden ze benaderd door de projectleider van de Graanrepubliek of zij geen interesse hebben om het horecadeel in de Oude remise in Bad Nieuweschans te gaan runnen. Het is een project in ontwikkeling en alles moet eigenlijk nog uitgevoerd gaan worden. Ze stappen er enthousiast in, ruimen de rotzooi in het gebouw op en richten het provisorisch in om in ieder geval een aantal evenementen te kunnen draaien, die vooral te maken hebben met de promotie en haalbaarheid van het project. De reacties zijn positief, maar wat betreft de haalbaarheid zijn er veel twijfels. Enerzijds door het fysieke zware horeca werk en anderzijds door de grote onzekerheid over het te investeren kapitaal. Ze besluiten er na circa vier maanden niet mee door te gaan.
Verkoop van Kostverloren 11
En dan……begint het eind 2017 plotseling te bewegen met de verkoop van Kostverloren 11. Er zijn verschillende serieus geïnteresseerden. Op één dag zelfs twee goede biedingen. Clara en René kiezen voor de partij die heel graag het bedrijfje wil voortzetten. Ze verkopen Kostverloren 11 met vrijwel alles er op en aan, zodat de nieuwe eigenaren een vloeiende doorstart kunnen maken. Iedereen blij, maar vooral bij Clara ook zeker hartzeer, het huis is na 30 jaar verbouwen haar paleisje geworden en eindelijk af en er is nog geen nieuwe woonplek. René ervaart vooral opluchting.
Op 1 mei 2018 overhandigen Clara en René bij notaris van de Laan in Finsterwolde de sleutels aan de familie van Essen uit Bussum en wensen hen een goede toekomst op Kostverloren. Clara en René verblijven twee nachten in een camper op een camperplek in Bunde, net over de grens in Duitsland, en tekenen op 3 mei bij notaris van der Laan de koopakte van hun nieuwe huis in Winschoten en beginnen na 30 jaar Kostverloren een volgend avontuur.....
Bronnen:
Tekst: René van Rijn, april 2023.
Foto's: René van Rijn.