Genealogie van NazatenDeVries en anderen
Roelof van Echten tot Echten
in
Genealogie van Hendrik Clant.
Genealogie van Reint Alberda.
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Evert Horencken.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Johan Rengers.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van Reint Alberda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Roelof van Echten tot Echten1, geb. op woensdag 20 sep 17301, ged. te Minnertsga [Fr]1, ovl. (4 maanden oud) op zondag 4 feb 17311.

  • Vader:
    Johan IV (Jan) Heer van Echten2,3, zn. van Roelof IV Heer van Echten en Johanna van Hardenbroek, geb. te Echten [Dr]2 op Huize Echten op maandag 8 jul 16802, ged. te Echten [Dr] op donderdag 11 jul 1680, 3, gouverneur te Menen [Wv, Bel], baron te Echten [Dr]3, Luitenant te paard op dinsdag 11 mrt 1704, ritmeester op dinsdag 10 mrt 1705, kolonel op dinsdag 20 mrt 1714, brigadier in 1729, generaal majoor op dinsdag 26 jun 1742, luitenant-generaal op dinsdag 20 nov 1742, ovl. (76 jaar oud) te Echten [Dr]2 op Huize Echten op zondag 27 feb 17572, begr. te Hoogeveen [Dr]2 op vrijdag 11 mrt 17572, otr. (1) te Ruinen [Dr] op zondag 24 apr 1718, kerk.huw. (37 jaar oud) in mei 1718 met Christine Elisabeth van Cronström2, ovl. te Oosterwijk [Ge] op zaterdag 17 jun 17192, begr. 2. Uit dit huwelijk een dochter., otr. (2) te Ruinen [Dr] op maandag 1 mei 1724, kerk.huw. (resp. 43 en 23 jaar oud) in mei 1724 met Wendeline Cornera Lewe van Aduard2, dr. van Evert Joost Lewe van Aduard en Christina Emerentiana van Berum, geb. te Aduard [Gr]2 huis Aduard op woensdag 6 okt 17002, ovl. (26 jaar oud) te Aduard [Gr]2 huis Aduard op vrijdag 21 mrt 17272. Uit dit huwelijk 2 kinderen., tr. (resp. 49 en 27 jaar oud) (3) op zondag 4 dec 1729.
 



Bronnen:
1.Inventaris v.D. archieven v.H. Huis te Echten e.D. Alg. Comp. etc, Boek, Mr. P. Brood, mr. F. Kevering-Buisman,e.a., Rijksarchief Drenthe, Assen [Dr], 1980 (blz. 37)
2.Inventaris v.D. archieven v.H. Huis te Echten e.D. Alg. Comp. etc, Boek, Mr. P. Brood, mr. F. Kevering-Buisman,e.a., Rijksarchief Drenthe, Assen [Dr], 1980 (blz. 36)
3.Doop-, ondertrouw-, en trouwboek Ruinen, Collectie Xerokopieën DTOB, Drents Archief, van 1709 tot 1764 (vrijdag 21 jun 1720)


Anna Clant Van Stedum
in
Genealogie van Evert Horencken.
Genealogie van Hendrik Clant.
Parenteel van Evert Horencken.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna Clant (Anna) Van Stedum (Clant), geb. op zaterdag 26 jul 1597.

tr. (resp. 23 en ongeveer 27 jaar oud) te Groningen [Gr] op donderdag 4 feb 1621
met

Johan Horencken (Horenken), zn. van Lodewijk Horencken en Hille Wifringhe, geb. circa 1594, ovl. (ongeveer 58 jaar oud) in 1652.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gerhardus*1623 Groningen [Gr] †1666 Groningen [Gr] 43


Anna Coenders tot Dunenbroeck
in
Genealogie van Hendrik Clant.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna Coenders tot Dunenbroeck, geb. in 1635, ovl. (ongeveer 30 jaar oud) in 1665.

tr. (resp. ongeveer 18 en ongeveer 29 jaar oud) in dec 1653
met

Johan Clant van Stedum, zn. van Adriaan Clant van Stedum en Hille Clant, geb. in 1624, ovl. (ongeveer 70 jaar oud) op vrijdag 24 sep 1694.


Aantekeningen bij Johan Clant van Stedum.
Johan Clant heeft, behalve zijn borg, ook nog een huis in de stad, aan het Guyotplein. Het is gebouwd in 1627. De eerste bewoner van dit huis is Johan Coenders, later burgemeester van Groningen. Johan Coenders overlijdt in 1664 en Johan Clant erft dan het huis. Hij is getrouwd met de dochter van Johan Coenders sinds 1654.
Bij akte van 13 december 1673 wordt het huis verkocht aan Carel Rabenhaupt, baron van Sucha, voor ƒ12.500,--.
We weten niet of Johan Clant ooit in dit huis gewoond heeft. Vermoedelijk heeft hij al een huis in de stad. Het is in elk geval met zekerheid bekend, dat hij bij zijn dood het huis op de hoek van de Vismarkt en de Pelsterstraat bewoont.
Het ligt dus voor de hand, dat hij het huis van zijn schoonouders als overtolllig aan Rabenhaupt heeft verkocht.
Johan Clant erft van zijn schoonouders ook de borg Ringenum of Ringnum bij Uitwierde. Dit is vermoedelijk slechts een kleine borg, maar de eraan verbonden rechten zijn van grote betekenis geweest.
In 1666 heeft hij een deel van zijn rechten te Stedum van de hand gedaan en na Clant komt het geslacht van Lintelo op Nittersum en daarna de fam. Gerlacius. Mr. Johan Herman a Guaera Gierla Gerlacius, raadsheer in de raad van Brabant koopt in 1762 de burcht Nittersum met grote tuinen, bosrijke wandeldreven en een hertenkamp van de Erven van Lintelo.
Het schijnt, dat Gerlacius niet alleen Nittersum, maar ook Ringenum heeft gekocht, maar hij heeft laatstgenoemde borg niet bewoond. Volgens een aantekening in het lidmatenboek te Stedum is hij op 3 mei 1774 te Den Haag overleden. Hij is in Den Haag in de Kloosterkerk begraven.
Erfgenaam is zijn zoon Tjaart Antoni, gehuwd met Tateke Helena Henderica Cockinga, die volgens het lidmatenboek van Stedum aldaar in 1779 haar attestatie inlevert. Volgens datzelfde lidmatenboek echter komt haar man op 14 juni 1801 (!) met attestatie over van Appingedam. Het echtpaar schijnt dus een aantal jaren gescheiden te hebben geleefd.
Maar het is ook mogelijk, dat men slordig is geweest in het overbrengen van attestaties of dat men bij afwisseling de beide borgen te Stedum en Uitwierde bewoond heeft.
In 1783 is Tjaart Antoni Gerlacius kerkvoogd te Uitwierde. Volgens Feith wordt de burcht te Uitwierde aan het eind van de 18e eeuw af gebroken. Deze Gerlacius heeft ook het orgel in de kerk te Stedum een grote reparatie doen ondergaan. De kerk is in 1680 door Johan Clant van dit orgel voorzien. In een verborgen kastje in het orgel staat op een stuk papier vermeld: 'In het jaar 1788 heeft de HoogWelgeboren Heer T.A. Gerlacius, Heer van Stedum etc. etc. als kerkvoogd dit orgel laten vernieuwen door Dirck Lohm an en soon, Gerhard Diederieg Lohman van Embden zijnde hier toen de Heer A. Oudeman Praedicant en de Hr. J. Wiardi organist'.
Over het algemeen kunnen wij zeggen, dat de bewoners van Nittersum een zegen voor Stedum zijn geweest, dit in tegenstelling tot enkele andere Ommelander borgheren, die, in de ogen van onze tijd, voor hun omgeving een ware plaag zijn geweest.

Uit dit huwelijk 2 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Elisabeth Clant  †1695   
Helena*1657 Groningen [Gr] †1728 Middelstum [Gr] 71


Anna Coenders van Helpen
 
in
Genealogie van Lubbert Lewe.
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna Coenders van Helpen, geb. in 1599, ovl. (ongeveer 29 jaar oud) in 1628.



Aantekeningen bij Anna Coenders van Helpen.


Anna Coenders van Helpen.
Anna, getrouwd met Evert Lewe op Asinga te Ulrum, verkrijgt bij de boedel scheiding van 1630, als wettige voogd over zijn vier kinderen onder meer de borgen Ewsum en Asinga of Emda. Teteke krijgt het door haar zelf bewoonde huis in de Boteringestraat te Groningen.
Als enige collator namens zijn kinderen laat Evert in 1630 een nieuwe klok maken te Middelstum en die van Westerwijtwerd hergieten. Zijn schoonvader Abel Coenders heeft al in 1622 de klok van Toornwerd laten herstellen .
Evert Lewe sterft in 1641. De scheiding van zijn nalatenschap en die van Abel Coenders vindt pas plaats in 1648. Daarbij verkrijgt de oudste zoon Johan de borgen Ewsum en Asinga te Middelstum met bijbehoren.

tr. (resp. ongeveer 20 en ongeveer 29 jaar oud) in 1619
met

Evert Lewe Tho Asinge en Ewsum, zn. van Johan Joost Lewe en Anna Ewerts Lewe Tho Asinga, geb. te Ulrum [Gr] in 1590, burgemeester, lid der Staten Generaal tussen 1620 en jan 621 , lid Gedeputeerde Staten te Groningen [Gr] in 1628, ovl. (ongeveer 51 jaar oud) te Winsum hij verdrinkt in het Zijldiep op zondag 15 sep 1641.

 



Aantekeningen bij Evert Lewe Tho Asinge en Ewsum.

Evert Lewe (overl. 1641), geschilderd in 1622, toegeschreven aan Van Ravesteyn.

Lewe was een zoon van de Groninger burgemeester Johan Lewe en van Anna Lewe. Hij trouwde in 1619 met Anna Coenders van Helpen, eveneens een kind van een burgemeester van de stad Groningen. Beide echtelieden kwamen uit invloedrijke geslachten en door dit huwelijk werd een vermogen aan bezittingen bijeengevoegd. Tot het bezit behoorde onder meer de borgen Ewsum en Asinga te Middelstum, Asinga te Ulrum en Panser te Vierhuizen en het huis Ter Hansouw te Peize, het Bontehuis aan de Vismarkt te Groningen en het latere Lewenborg in Noorddijk.

In 1620 was Lewe lid van de Raad van State en van de Staten Generaal. In 1628 en 1629[1] was hij lid van Gedeputeerde Staten van Groningen. Hij was onder meer collector van de kerk van Niekerk, die met zijn steun in de jaren 1628 en 1629 ingrijpend kon worden verbouwd. Op een steen ter herdenking van deze verbouwing wordt vermeld dat hij leiding gaf aan de verbouwing en wordt gerefereerd aan de overwinning op de Zilvervloot in 1628. Lewe zou als bewindvoerder van de West-Indische Compagnie hiervan de vruchten hebben geplukt. Lewe overleed in 1641; hij zou door verdrinking in het Zijldiep bij Winsum om het leven zijn gekomen.[2].

Na zijn overlijden werd de boedel in 1648 gescheiden en verdeeld over zijn drie zoons en één dochter. Johan verkreeg de borgen Ewsum en Asinga te Middelstum en een huis in Groningen. Abel Coenders verkreeg de borgen Asinga te Ulrum en Panser te Vierhuizen. Joost verkreeg het huis Ter Hansouw te Peize en het Bontehuis aan de Vismarkt te Groningen en Willem Anna, getrouwd met Oesebrant Jan Rengers, heer van Slochteren, verkreeg het huis in Noorddijk, het latere Lewenborg.[3].

Noten:.
1. Aa, A.J. van der Biographisch woordenboek der Nederlanden, Haarlem, 1878, [1].
2.In sommige bronnen (onder anderen door Wittert van Hoogland, maar zijn genealogische gegevens zijn niet al te betrouwbaar, volgens de inleiding op de Familie Lewe, 1300-1949) wordt 1629 als jaar van zijn overlijden genoemd. In 1629 overleed echter zijn vrouw en hijzelf in 1641, zie Formsma, W.J. (et al.) De Ommelander Borgen en Steenhuizen, blz. 266 [2].
3.uit: Inleiding Familie Lewe, 1300 - 1949 (Groninger Archieven).

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Joost*1626 Eelde [Dr] †1677 Kantens [Gr] 5011 
Johan Everts*1622 Groningen [Gr] †1671 Groningen [Gr] 49
Abel*1623  †1664  41
Willem(ina) Anna*1628 Eelde [Dr] †1677  4917 


Dossier:


Anna Coenders Van Helpen
in
Genealogie van Bernard Coenders.
Parenteel van Bernard Coenders.
Parenteel van Lubbert Lewe.

Anna Coenders Van Helpen, geb. in 1600, erfdochter van Fraam, ovl. (ongeveer 76 jaar oud) te Huizinge [Gr] op maandag 5 okt 1676.

tr. (resp. ongeveer 24 en ongeveer 23 jaar oud) op donderdag 14 nov 1624
met

Berend Coenders (Bernhard(us)) Van Helpen, zn. van Abel Coenders van Helpen en Teteke (Titia) van Vervou, geb. te Groningen [Gr] in 1601, heer tot Fraem, Huisinghe en Moercappel, heer van Faan, Sartingeehuizen, Menkeweer, enz, president van de Ommelanden, gecommitteerde voor Groningen in de Generaliteitskamer, herhaaldelijk afgevaardigde ter Staten-Generaal, herhaaldelijk naar Frankrijk en is erg Fransgezind, ridder in de Orde van St Michiel voor 1624, gevolmachtigd gezant der Staten aan het Hof van Denemarken in 1639, gevolmachtigd gezant der Staten aan het Hof van Zweden in 1677, ovl. (ongeveer 77 jaar oud) te Kopenhagen, Denemarken in jan 1678.

 



Aantekeningen bij Berend Coenders Van Helpen.
De nieuwe heer van Fraam, die in de rechten van zijn schoonvader trad, hebben wij reeds genoemd. Het was Bernhard Coenders Van Helpen, geb. 1601, zoon van den Groninger burgemeester Abel Coenders (± 1620) en Titia Vervou (Zij was een dochter van Johan van Vervou en Anna Maria gravin van der Mark. Voorts was Bernhard Coenders kleinzoon van zijn naamgenoot, die leefde 1534 - '92 en geheimraad bij het hof van den keurvorst van de Pfalz was, en Eilca Onsta en een achterkleinzoon van den om zijn Protestantsch geloof uitgeweken Coert Coenders welke dezelfde functie aan het hof van den keurvorst bekleed had en gehuwd was met Bauwe Clant. (Nob. Coenders v. H, blz. 10.).

Den 14 Nov. 1624 was hij gehuwd met Anna Coenders, dochter van Wilhelm. Coenders, die na den dood van haar broeder Derk, die jong overleed, erfdochter van Fraam was. Hij heeft zich vooral bewogen op staatkundig gebied, als lid der staten-generaal, als gezant te Parijs en Kopenhagen (1639), waar hij in 1678 overleed. Ook beoefende hij de alchemie, die destijds tot in de hoogste kringen der maatschappij was doorgedrongen. Zijn studiën vatte hij samen in een werk getiteld: "L'Escalier der Sages", 1240 bladzijden in folio groot, dat zijn zoon anoniem in 1689 liet verschijnen bij Carel Pieman, boekverkooper, tusschen de Beide Markten tot Groningen; terwijl zijn zoon Frederik in datzelfde jaar een verkorte uitgave te Parijs bezorgde. Het is merkwaardig, dat meer dan 250 jaar later de sporen van deze alchemistische studiën nog gevonden zijn op het aloude burchtterrein van Fraam. Verleden jaar n.l. werd een gedeelte van de hooge en breede oprijlaan afgegraven; En niet verre van waar de burcht eens stond vonden de arbeiders allerlei slakken uit een smeltoven, die wegens hun veelkleurigheid van groen, geel en rood al de kenmerken vertoonden van een bijzondere samenstelling, die alleen een kenner kon tot stand gebracht hebben. Wellicht heeft heer Coenders op die plek zijn retorten en vijzels gehad.

Conflict met ds. Hamer.
Midden in zijn alchemistische proefnemingen kwam het tot een tragisch conflict met zijn pre­dikant. Het huis Fraam namelijk moest krachtens het testament van vrouw Blideke jaarlijks aan de armen van het kerspel een vat boter leveren. Maar Coenders gaf daarvoor 15 daalders en 6 grazen land in beklemming uit het kerkvoogdij bezit. Ds. Hamer kwam op voor de rechten der diaconie, maar de heer van Fraam dulde dit niet. Hij gaf zijn ongenoegen te kennen door met zijn familie niet bij Hamer te kerken of hem in de pastorie te bezoeken. Negen jaar duurde de verwijdering en toen kwam het tot een uitbarsting.

Coenders trad op als aanklager en tegelijk als rechter in de rechtstoel van Huizinge c. a. De beschuldiging hield in, dat Hamer zich niet had ontzien een groote quantiteit van seecker silvergeld onder den naam van Groninger flabben", Die de burgemeesteren en raad van Groningen voor valsch hadden verklaard, als goed geld uit te geven om daarmede zijn vuil gewin te doen. Hiermede begon de langdurige lijdensgeschiedenis, die eindigde met Hamers verbanning en afzetting.

Het is hier niet de plaats om deze treurige historie, die de rechtspraak der Ommelanden in al haar gebrekkigheid vertoont, in den breede weer op te halen. Mr. de Geer heeft dit reeds voortreffelijk gedaan in zijn opstel Een crimineel proces in de Ommelanden, 1657-1659 (Gron. Volksalm, 1897, bl. 45-76) Alleen nemen we daaruit over de passage, die betrekking heeft op Hamers vrouw, die bericht ontving van de aanklacht, terwijl haar man zich te Emden bevond.

Smeekbede Mevr. Hamer.
Zij begaf zich op Maandag 2 Nov, 1657 (zie Alm, 1897, bl 51 en 52 bovenaan) naar het huis Fraam om mevrouw Coenders, op haar knieën en met bittere tranen, te bidden om vergiffenis en om een goed woord ten gunste van haar man, indien hij zich ergens in verloopen had, te mogen spreken. Hierop vrouwe Coenders, die zich juist in de keuken bevond, haar deed opstaan en antwoordende: "Pastoorsche, gij doet te veel". Waarna Coenders zelf haar door den deur op barsche wijze toeriep: "Het is uit mijne handen": 't geen beteekende den treurigen troost, dat hij het aan de justitie had overgelaten. Zij moest dus naar huis, zonder dat mevrouw Coenders haar eenige hulp kon beloven.

Het liep dan ook zoover, dat te Huizinge het bericht kwam dat de domine, voortvluchtig zijnde, gearresteerd was, terwijl de koster, zijnde een handlanger van Coenders, de ongelukkige 66-jarige vrouw in de pastorie het bericht bracht dat haar man onthalst zou worden. 't Slot was, dat alle goederen en bezittingen van den beschuldigde werden verkocht, zijn tegen Coenders gericht geschrift werd door den beul verbrand en hijzelf na 45 weken in de gevangenis te zijn geweest als valsche munter uit den lande werd verbannen.

Coenders met onbeperkte macht.
Wij leeren Coenders in dit proces kennen als een landedelman, die eerder thuis behoorde in de middeleeuwen dan in de gouden eeuw onzer Republiek. Hij heerschte met harde hand en met onbeperkte macht. Herhaaldelijk was hij in processen en moeilijkheden met particulieren gewikkeld, die hem bij de Ommelanders gehaat maakten. Hamer beschuldigd hem van een tyrannie, zoo als die sedert Alva in deze landen nergens meer bestaan heeft, en van vervalsching der getuigenissen en processtukken. Toch had ook deze machtige man wiens verschijning velen met schrik vervulde seine himmlische Seite. In zijn alchemisch geschrift: "L'Escalier des Sages" noemt hij zich een "Minnaar der Waarheid". Inderdaad heeft hij ernstig gezocht naar de verbinding van het christendom en de wijsbegeerte. Hij kende Plato en Aristoteles, de middeleeuwsche scholastieken en mystieken en niet minder dan de Heilige Schriften van Oud en Nieuw Testament. Prof. Jaeger in zijn merkwaardig opstel "Barend Coenders van Helpen: een Groningsche Alchemist der 17de eeuw" (in het Chemisch Weekblad, XV, 1918) getuigt van hem, dat hij zich bijwijlen in zijn boek meer doet kennen als een christelijke zeloot en theologant, dan als een alchemist. Het is een lofzang op de volmaakten van den Schepper, een verdeemoediging van zijn zwakken en onweetenden dienstknecht voor het anngezicht des Heeren. Deze godsdienstzin komt ook uit in de plaatsing van het Choorhek in de fraaie kerspelkerk te Huizinge ten jare 1641, dat aan voorzijde boven zijn en het het gewone Coenders wapen de spreuk draagt: Vincit qui patitur, d.i. wie duldt overwint.

Ook het latijnsch opschrift aan de Choorzijde van het wapenbord spreekt de godsdienstzin..
Het luidt vertaald aldus:.
In t jaar der christelijke jaartelling 1641. Tot roem van den almachtigen God en tot versiering van dezen tempel hebben de edele dappere en hooggeboren man Bernard Coenders van Helpen, ridder van den orde van den heiligen Michael, heer in Fraam, Sauwerd, Huizinge enz.; hoveling in Adorp, Eenrum, Bedurn, Stedum, Loppersum, Fraam en aangrenzende streken; gedeputeerde bij de hoogmogende staten-generaal der Verenigde Nederlanden, en eveneens de zeer edele en vrome vrouw Anna Coenders van Helpen, erfvrouwe in Fraam, Huizinge enz, ehelieden, dit werk laten maken, toen hier de eerwaarde heer Willem Jansz. bedienaar des goddelijken woords en Johannes Conrad Gaule' szoon en Simon Everhardszoon kerkvoogden waren. Aan weerszijden van dit wapenbord leest men in twee ovalen: "Hebt een afkaar van het boze. Rom. XII, v. IX" en "Sijt geduldich in verdruckinghe. "Rom. XII, v. XII (Werd het bedehuis daarmede niet weinig verfraaid, het is niet onwaarschijnlijk dat ook de borg in die jaren werd gerestaureerd. De afbeelding die naar een teekening uit het laatst der 17de eeuw geconstrueerd is, doet aan een en ander versieringen uit dien tijd vermoeden.). Voorts waren er vroeger 10 glazen in de kerk met opschriften, waarvan op een stond: 1635 Bernardus C. v. H. ridder van de Kon. Orde v. St. Michiel, medegecommiteerde ter verg. v. d. Hoogmogenden. (Aanteekening van Rengers en Naerssen).

Een en ander vertoont Bernhard Coenders als een karakter van scherpe contrasten, die men niet gemakkelijk kan doorgronden en wier onderling verband den scherpzinnigsten psycholoog in verlegenheid brengt. Dit leven met zijn wondere geheimen nam een einde den 3 Jan. 1678 te Kopenhagen, waar Coenders als gezant .aan het Deensche hof verblijf hield. Zijn vrouw was hem reeds voorgegaan. Zij overleed den 4 Oct. 1676 zooals het Nob. Coenders op blz. 15 mededeelt:.
"des, nachts tusschen twalven en een uuren, is zeer godzalig in den Heere ontslapen tot Fraam" enz. "en de negende dag daarna, zijnde op Donderdagavont omtrent 9 uuren tot Huisinga onder het koer van de kerke aldaar ondergeset".
(Bron: Groninger Volksalmanak 1923 pag. 23-45).

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Willem~1629     
Abel*1627 Groningen [Gr] †1688  60
Frederik     
Elisabeth  †1655   


Anna Cornetta Alberts Smith
Anna Cornetta Alberts Smith, geb. in 1794.

tr. (resp. ongeveer 19 en ongeveer 45 jaar oud) te Grotegaste, Ost-Fri. op woensdag 5 mei 1813
met

Albert Dirks Buurma, zn. van Dirk Buurma en Martje Thoomsen, geb. in 1768.


Bronnen:
1.Genealogie van Bernd Josef Jansen, BJ Jansen


Anna de Vos van Steenwijk
in
Genealogie van Rypert Ripperda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna de Vos van Steenwijk, geb. in 1580, ovl. (hoogstens 41 jaar oud) voor 1621.

tr. (resp. ongeveer 28 en ongeveer 39 jaar oud) in 1608
met

Unico Ripperda Tot Weldam en Olidam, zn. van Johan Ripperda op Weldam en Anna von Viermundt Zu Odinck (Viermundt Tot Odinck), geb. circa 1569, heer, heer van te Horst [Ge], heer van 'Weldam', Goor [Ov], heer van borg 'Olidam',, aanvankelijk is hij kanunnik te Deventer [Ov] in 1601, wordt lid van de Ridderschap in 1610, lid van het College van Gedeputeerde Staten van 1611 tot 1619, vertegenwoordigt de Admiraliteit te Amsterdam [Nh] in 1618, ovl. (ongeveer 56 jaar oud) op maandag 22 sep 1625, tr. (1) met Catharina van Voorst. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (3) met Ages Ripperda Van Vorden. Uit dit huwelijk geen kinderen.

 



Aantekeningen bij Unico Ripperda Tot Weldam en Olidam.
DE HOFKERK IN GOOR.
Op de plek waar de Hofkerk heeft gestaand, stond volgende oudste bronnen in 1347 al een kerkje. Rondom dit kerkje ontstaat de Olde Statt, het oudste deel van Goor. Het gebouw staat als het ware op een eiland tussen twee brede beken: de Regge en de Poelsbeek die samen een breed moeras vormen. Tijdens de slag om Goor is de kerk inclusief de toren totaal verwoest. Pas in 1604, 23 jaar na de verwoesting, is er geld voor de herbouw.

Ter ere van Johan Ripperda, heer van Weldam is deze grafkelder ingericht.
In 1709 is de unieke en met bladgoud versierde grafkelder gesticht in de Hofkerk. Een enorm portaal van zo'n vier meter hoogte siert de toegangsdeuren tot de ruimte waar Johan Ripperda, broer van de initiatiefnemer voor de slag om Goor, ligt begraven. Maar het meest veelzeggende is misschien wel het feit dat er in de latijnse tekst onder het wapen met geen woord wordt gerept over Eggerik Ripperda, die door Willem van Oranje is benoemd tot zijn plaatsvervanger in Overijssel.

De latijnse tekst in de metershoge poort meldt dat Eggerius de eerste Ripperda is die van Friesland naar Overijssel komt. Dat is in 1520. Zijn zoon wordt drost van Salland. Eggerik volgt zijn vader op als drost, wordt luitenant stadhouder van Overijssel en leidt de aanval op Goor. Maar geen woord hierover in de kroonlijst.
De letterlijke tekst boven de toegangsdeuren luidt:.
Den allerhoogsten God en der onvergetelijke nagedachtenis gewijd aan den zeer edelen en grootmoedigen Unico Ripperda, drost van Twente, wiens overoude voorzaten voor vele eeuwen vermogend door aanzien en rijkdommen leefden in Vriesland tussen Lavica en Amissen.
Eggerius heer van Wijtwardin en Dijkhuizen was de eerste die zich naar Overijssel begaf in 1520 en is daar getrouwd met Aleide van Beekhorst, freule van Buxbergen. Hun zoon Unico, drost van Salland, kreeg in huwelijk Judith van Twickel, feule van Weldam en Borculo.

Aan de buitenkant van de Hofkerk aan de Bandijk is in de 17e eeuw een dubbel familiewapen van Ripperda aangebracht.
Aan de andere kant van deze muur is het familiegraf.
Hun spruit Johannes nam zich tot vrouw Anna van Vermondt en Odink wier zoon Unico zich in den echt begaf met Anna de Vos van Steenwijk. Uit deze is gesproten Johannes, drost van Twente die trouwde met Sophia van Raesveldt en Twickelo.
Uit de voorzaten en dezen vader en moeder is gesproten Unico Ripperda, enige zoon die na zich door uitstekende bedrijven en schitterende verdiensten in het gemenebest een hogen en onsterfelijken roem te hebben verworven, kinderloos zijne ziel aan God zijn en Schepper heeft weergegeven in den ouderdom van 63 jaren op de 22 april der jare 1709 na Christus onze zaligmaker.
.
De grafkelder is niet geopend voor publiek.

Johan Ripperda en Catharina van Voorst zijn in de grafkelder bijgezet. Op de foto de grafsteen van Catharina van Voorst die getrouwd is geweest met Unico Ripperda, zoon van Johan Ripperda, heer van Weldam.
Bronnen.
01. Weldam, de geschiedenis van een landgoed van G.J. Geerts Boekhandel Broekhuis.
02. Zeven Eeuwen geschiedenis van Zwolle van J.A.J. Temmink.

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan*1610  †1653 Goor [Ov] 43
Anna  †1624   
Anna Catharina*1609 Markelo [Ov] †1677  68


Anna Derks Lefferts
Anna Derks Lefferts.

relatie
met

Jan Hindriks Nieke, geb. te Vlagtwedde [Gr] in 1744. Geb. Plaggeborg.

Uit deze relatie een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Geertje Jans*1808 Wedde [Gr] †1886 Vriescheloo [Gr] 77


Anna Dodenea van Burmania
Anna Dodenea van Burmania.

tr. none
met

Antoine de Arnand.

Uit deze relatie een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Judith Elisabeth*1756 Frjentsjer †1780 Leeuwarden [Fr] 23


Anna Doens
Anna Doens, geb. na 1602. Ipe Doens en Anna Doens zijn volle broer en zuster en kinderen van Ekpe Doens.

tr. (resp. hoogstens 20 en ongeveer 22 jaar oud) te Weiwerd [Gr] in 1622 Huwelijkscontract 16 mei 1623, Weiwerd. H.V. Marten Udens en Anna Doeden s; Doedo Tiddinga is wsch. de vader; Getuigen: Boucke Aisens, en Tiacko J acobs. Bovendien tekenen: Harmen Sijckes, Tamme Haijkes, richter
met

Marten Udes, geb. circa 1600.


Anna Elisabeth von Würben Freudenthal
Anna Elisabeth von Würben Freudenthal, geb. in 1595, ovl. (ongeveer 46 jaar oud) in 1641.

tr. (resp. ongeveer 37 en ongeveer 40 jaar oud) circa 1632
met

Philipp Wilhelm Von Inn- und Kniphausen, zn. van Iko von Inn- und Kniphausen en Anna Maria Oriana von Elteren, geb. op zondag 10 mrt 1591, ovl. (61 jaar oud) te Bremen, Dld. op zondag 5 mei 1652, tr. (51 jaar oud) (2) op maandag 25 aug 1642 met Magdalena van Nassau-Siegen. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (ongeveer 40 jaar oud) (3) in 1632 met Katharina van Werseb. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Georg Wilhelm*1635 Altenach †1709 Nienoord 73


Anna Elisabeth Schimmelpenninck Van Der Oye
Anna Elisabeth Schimmelpenninck Van Der Oye, geb. in 1752, ovl. (ongeveer 70 jaar oud) in 1822.

tr. (resp. ongeveer 25 en 31 jaar oud) te Voorst op dinsdag 15 apr 1777
met

Adolph Werner Van Pallandt, zn. van August Leopold Van Pallandt en Anna Elisbeth Van Haersolte, geb. te Eerde op woensdag 15 dec 1745, ged. Lidmaat te Ommen te Ommen [Ov] op zaterdag 18 dec 1745, titel Wordt hier `De Hoog Geb. Heer Adolf Warner Baron van Pallandt´ genoemd, ovl. (77 jaar oud) te Eerde op zondag 7 dec 1823.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Woltera Geertruida Barones*1779 Eerde †1850 Ommen [Ov] 70


Anna Elisbeth Van Haersolte
Anna Elisbeth Van Haersolte, geb. in 1715, ovl. (ongeveer 75 jaar oud) in 1790.

tr. (resp. ongeveer 29 en 43 jaar oud) te Hellendoorn [Ov] op vrijdag 4 dec 1744
met

August Leopold Van Pallandt, zn. van Adolf Werner des H.r. Rijksvrijheer Van Pallandt en Agnes Amalia des H.r. Rijksbarones Van Pallandt, geb. te Zwollekerspel op zaterdag 14 mei 1701, titel, ovl. (78 jaar oud) te Eerde op woensdag 24 nov 1779.

Uit dit huwelijk 3 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Adolph Werner*1745 Eerde †1823 Eerde 77
Adolph Carel*1746  †1815  69
Frederik Theodor*1754  †1812  58


Anna Frouke de Blaauw
Anna Frouke de Blaauw, geb. te Lemsterland op donderdag 11 mrt 1937.


Anna Geertruida Stachouwer
 
in
Genealogie van Lubbert Lewe.
Genealogie van Sico Tjaerda van Starkenborgh.
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Ewe Ewesma.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Johan Rengers.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van NN Hunigue.
Parenteel van Rypert Ripperda.
Parenteel van Sico Tjaerda van Starkenborgh.

Anna Geertruida Stachouwer1, geb. te Schiermonnikoog [Fr] in 1712, ovl. (ongeveer 87 jaar oud) te Echten [Dr] in 1799.



Aantekeningen bij Anna Geertruida Stachouwer.


Portret van Anna Geertruida Stachouwer, vrouwe van Schiermonnikoog (1713 - 1799), echtgenote van Evert Bartold Tjarda van Starckenborg (1704 - 1787), geschilderd door L. van der Warf in de 18de eeuw. Bron: Tresoar.

tr. (resp. ongeveer 24 en minstens 31 jaar oud) te Leens [Gr] in 1736
met

Evert Barthold Tjarda van Starkenborgh1, zn. van Edzart Jacob Tjarda van Starkenborgh en Anna Habina Lewe van Middelstum (Lewe), geb. voor zondag 31 aug 1704, ged. te Leens [Gr] op zondag 31 aug 1704, majoor der ruiterij, vertrekt naar Drenthe (Echten), ovl. (minstens 82 jaar oud) te Echten [Dr] in 1787.


Aantekeningen bij Evert Barthold Tjarda van Starkenborgh.
Eilcko Onsta, Edzard Jacob en Evert Barthold zijn de drie jongste zonen en erven als zodanig samen Verhildersum van hun vader. In 1741 verruilt Evert Barthold Tjarda van Starkenborgh de jongste zoon, zijn 1/3 deel in de borg met 27 jukken land en 1/3 in het aandeel der familie in de ommegang te Kloosterburen, voor landerijen te Wierhuizen, Wetsinge, Zeerijp en Noordwolde, samen 83½ jukken, aan Margaretha Bouwina Tjarda van Starkenborgh, van Wetsinge en haar man Egbert Rengers van Farmsum. In 1742 verkopen de twee andere broers Eylko Onsta en Edzard Jacob Tjarda van Starkenborgh ook ieder hun 1/3 deel van de borg c.a. aan de Heer en Vrouwe van Farmsum.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
baronesse Anna Wilhelmina*1740 Leerort, Ost-Friesland †1798 Echten [Dr] 58
Edzard Jacob*1700 Leens [Gr] †1791 IJhorst [Ov] 91



Bronnen:
1.Inventaris v.D. archieven v.H. Huis te Echten e.D. Alg. Comp. etc, Boek, Mr. P. Brood, mr. F. Kevering-Buisman,e.a., Rijksarchief Drenthe, Assen [Dr], 1980 (blz. 51)

Dossier:


Roelina Gijsbertha Gerdina van Holte Tot Echten
in
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Ewe Ewesma.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Johan Rengers.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van NN Hunigue.
Parenteel van Rypert Ripperda.
Parenteel van Sico Tjaerda van Starkenborgh.

Roelina Gijsbertha Gerdina (Rolina) van Holte Tot Echten1,2,3, geb. te Echten [Dr]2 op woensdag 17 okt 18041,2, ged. te Ruinen [Dr] op zondag 28 okt 18042 (getuige: Henrietta Christina van Holthe), ovl. (30 jaar oud) te Ruinen [Dr]3 op maandag 8 jun 18353.

  • Vader:
    Rudolf Otto van Holte1, zn. van Pieter Adam van Holthe en Roeline Gijsberta Gerardine van den Clooster van Rheebrugge, geb. te Rheebrugge [Dr] Huis Rheebrugge op maandag 17 aug 17721, woont te Ruinen [Dr] op dinsdag 30 mrt 1802, rentenier op woensdag 16 jun 1813, lid Gedeputeerde Staten van Drenthe op vrijdag 23 feb 1816, gedeputeerde op woensdag 3 jun 1818, ovl. (59 jaar oud) te Echten [Dr]1 Huis Echten op vrijdag 20 jan 18321, begr. te Hoogeveen [Dr]1, kerk.huw. (resp. 29 en 24 jaar oud) te Ruinen [Dr]4,5 op dinsdag 30 mrt 18024,5.
 
  • Moeder:
    Anna Geertruida van Echten1,6,7, dr. van Roelof V van Echten tot Echten en Anna Wilhelmina (Tjarda van Starkenborgh), geb. te Echten [Dr]6,7 Huis Echten op dinsdag 12 aug 17771,6,7, ged. te Echten [Dr]6 in de Capelle bij den huize Echten op vrijdag 15 aug 17776, woont te Ruinen [Dr] op dinsdag 30 mrt 1802, ovl. (77 jaar oud) te Echten [Dr]7 Huis Echten op zaterdag 30 dec 18547, begr. te Hoogeveen [Dr] op zaterdag 30 dec 1854.
 



Bronnen:
1.Inventaris v.D. archieven v.H. Huis te Echten e.D. Alg. Comp. etc, Boek, Mr. P. Brood, mr. F. Kevering-Buisman,e.a., Rijksarchief Drenthe, Assen [Dr], 1980 (blz. 48)
2.Doop- en trouwboek Ruinen, Drents Archief, van 1764 tot 1811 (zondag 28 okt 1804)
3.BS Overlijdensregistrer, Drents Archief, Overlijdensregister, Assen [Dr], na 1811 (maandag 8 jun 1835 akte 12)
4.Inventaris v.D. archieven v.H. Huis te Echten e.D. Alg. Comp. etc, Boek, Mr. P. Brood, mr. F. Kevering-Buisman,e.a., Rijksarchief Drenthe, Assen [Dr], 1980 (blz. 38)
5.Doop- en trouwboek Ruinen, Drents Archief, van 1764 tot 1811 (dinsdag 16 sep 1794)
6.Doop- en trouwboek Ruinen, Drents Archief, van 1764 tot 1811 (dinsdag 12 aug 1777)
7.BS Overlijdensregistrer, Drents Archief, Overlijdensregister, Assen [Dr], na 1811 (zaterdag 30 dec 1854 akte 57)


Anna Geertruida van Lochteren Stakebrand
Anna Geertruida van Lochteren Stakebrand.

relatie
met

Ds. Hendrik Jan Lulofs.

Uit deze relatie een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Theodora*1704 Steenderen [Ge] †1781 Raalte [Ov] 77


Anna Gerhardina Lewe Van Nijenstein
in
Genealogie van Lubbert Lewe.
Genealogie van Reint Alberda.
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Johan Rengers.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van Reint Alberda.
Parenteel van Rypert Ripperda.

Anna Gerhardina Lewe Van Nijenstein, geb. in 1813, ovl. (ongeveer 50 jaar oud) in 1863.

tr. (resp. ongeveer 22 en ongeveer 25 jaar oud) in 1835
met

Bonifacius Hendrik van der Haer, geb. in 1810, ovl. (ongeveer 50 jaar oud) in 1860.


Bronnen:
1.BS Overlijdensregister Groningen, RHC GA, Collectie DTB, Groningen [Gr] (dinsdag 4 jan 1820 akte 13)
2.Afgeschermd, Wikipedia


Anna Habbina Jacoba Von Inn- Und Kniphausen
in
Genealogie van Lubbert Lewe.
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Ewe Ewesma.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Johan Rengers.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van NN Hunigue.
Parenteel van Rypert Ripperda.
Parenteel van Sico Tjaerda van Starkenborgh.

Anna Habbina Jacoba Von Inn- Und Kniphausen, geb. te Ulrum op de Asinghaborg op zaterdag 15 mrt 1783, ovl. (29 jaar oud) te Middelstum op de Ewsumborg op zondag 27 sep 1812.

tr. (resp. ongeveer 20 en ongeveer 21 jaar oud) in 1804
met

Edzard Jacob Lewe van Middelstum, zn. van Egbert Lewe Van Middelstum en Christina Elizabeth Wolthers, geb. in 1783, ovl. (ongeveer 73 jaar oud) te Meppel, Tijdens Zijn Reis Naar Oudekerk. in 1856, tr. (resp. ongeveer 31 en ongeveer 23 jaar oud) (2) in 1814 met Maria Robertina Bernardina Johanna van Hasselt, geb. in 1791, ovl. (ongeveer 66 jaar oud) in 1857. Uit dit huwelijk 6 kinderen.


Aantekeningen bij Edzard Jacob Lewe van Middelstum.
EDZARD JACOB LEWE VAN MIDDELSTUM.
Edzard Lewe Jacob komt op 30 december 1805 in het bezit van de borg Ewsum te Middelstum die hij van zijn vader heeft gekregen. Hij gaat ook op Ewsum wonen en houdt er kantoor. Derhalve staat deze Edzart bekend als Edz ard Jacob Baron Lewe van Middelstum. Hoewel hij het huis weer hersteld en bewoonbaar maakt, biedt hij het in 1851 uit de hand te koop aan. Dit mislukt en op 26 januari 1856 volgt een publieke verkoping. Koper wordt H.W. Wierda te Winsum voor 40.275 gulden. Deze laat het huis in 1863 afbreken. Alleen de oude schiettoren blijft gespaard. Edzard Jacob Lewe van Middelstum sterft nog in hetzelfde jaar van verkoop te Meppel, op reis naar Ouderkerk, waar hij zich heeft willen vestigen.
Met de verkoop van de borg komt er een einde aan de band tussen de familie Lewe en het dorp Middelstum.
Mr. T.P. Tresling.
In de Groninger Volksalmanak van 1844, als de borg Ewsum dus nog bestaat, staat een interessant artikel over de borg, geschreven door Mr. T.P. Tresling. Deze Tresling heeft de toenmalige borgheer, Edzard Jacob persoonlijk gekend. Van deze borgheer krijgt hij ook een geslachtslijst en familieaantekeningen. Tresling heeft de borg dus zelf nog kunnen zien, niet al leen de buitenkant, hij is er ook binnen geweest. Hij vertelt hierover het volgende:.
Eene zeer breede gracht omgeeft het gebouw en terstond bij den ingang boeit het merkwaardig rondeel, zoo massief, zoo eenig in zijn soort, zoo vreemd geplaatst, en toch om deszelfs eerwaardigheid steeds behouden gebleven, onze aandacht. Hetzelve is een overblijfsel van den oud en toren, door Onno Ewesma of van Ewssum in 1472 gebouwd. Deze toren heeft vroeger waarschijnlijk eene aanzienlijke hoogte gehad, doch is van tijd tot tijd verkleind, zoo als blijken kan uit de teekening, welke Ewssum voorstelt, zooals hetzelve zich in 1600 vertoonde, en waarop de twee de trans nog zigtbaar is.
De muur van dit rondeel is vroeger zes voeten geweest, doch is door een’ muur daar later nog omgetrokken, thans zeven voeten dik, terwijl het geheel veertig voeten in middellijn heeft. Hetzelve dient thans tot een’ kelder, en is daartoe bij uitnemendheid geschikt, als zijnde door de dikke muren en het zware kruisgewelf voor hitte en koude ongenaakbaar. In de muur is een steen, waarop deze woorden te lezen staan:.
An° 1472 heeft Jr. Onno van Ewsum dit gebout tegens de wille van Groningen vide Schotanum.
Op de spits van het rondeel ziet men een’ leeuw met het geslachtwapen v an Ewssum. De toren, welke zich in het midden voor het huis verheft, is ook buitengemeen zwaar gebouwd. In de linkerzijde van den toren vindt men een’ steen met het opschrift:.
J.J.V.E.
H.D.E.S.G.
hetwelk vermoedelijk beteekenen moet: Jonker Joest van Ewssum heeft dezen eersten steen gelegd.
Joan Lewe en Geertruida Alberda, Heer en Vrouw van Middelstum, out 26 en 21 jaren, getrowt 1648, hebben Ewssum laten repareren 1649. Voorts ziet men in den gevel de familiewapens Clant, Coenders, Lewe en Al berda; terwijl het wapen der heerlijkheid, de heilige Hippolytus op het f amiliewapen van Lewe van Middelstum voor den toren is uitgehouwen. Het huis heeft beneden eenige ruime vertrekken, welke naar den smaak onz er tijden vervormd, weinige kenmerken der oudheid behouden hebben, behal ve den zeer ruimen kruisgewelfden gang of vestibule. Een groote wenteltrap, in den toren gebouwd, voert naar de tweede verdieping, waar men versch illende vertrekken vindt, doch onder welke de groote zaal, zoowel wat de bouworde, als de stoffering aangaat, ons geheel in de oudheid verplaatst. Eene menigte familieportretten, meestal van personen in de staat- kund ige wereld met roem bekend, en daaronder eenigen door eene meesterlijke hand geschilderd, treft men daar aan. Onder anderen Abel Coenders, Barthold Entens van Mentheda, Adriaan Clant, Wigbolt van Ewssum, Joest Lewe thoe Peyse, enz. enz. De kolossale schoorsteenmantel, rustende op fraaije kolommen, de vensterg lazen in lood met wapenen en opschriften, de meubelen zijn allen nog over blijfsels uit den ouden tijd. Van den toren, welke in middellijn 22 voeten heeft en 100 voeten hoog i s, heeft men het schoonste uitzigt op de omliggende landstreek. De tuin en wandeldreven, die het gebouw omringen, zijn naar den nieuwsten smaak aangelegd, en leveren uit de vertrekken de schoonste vergezigten op.
.


Anna Habina Alberda Van Menkema
in
Genealogie van Reint Alberda.
Parenteel van Abel Tamminga.
Parenteel van Ewe Ewesma.
Parenteel van Hendrik Clant.
Parenteel van Johan Horenken.
Parenteel van Johan Rengers.
Parenteel van Lubbert Lewe.
Parenteel van NN Hunigue.
Parenteel van Reint Alberda.
Parenteel van Rypert Ripperda.
Parenteel van Sico Tjaerda van Starkenborgh.

Anna Habina Alberda Van Menkema1, ged. te Groningen [Gr]1 in de Martinikerk op vrijdag 31 mei 17931, ovl. (ongeveer 3 jaar oud) in 1797.



Bronnen:
1.Algemeen Doopboek Groningen, RHC GA, Coll DTB toeg 124, Inventarisnr.: 152, van 1779 tot 1795 (vrijdag 31 mei 1793)
')}